De Tweede Ronde. Jaargang 12
(1991)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 159]
| |
Venetië
| |
2Het komt mij voor als kreunen van de nacht
Even als wij niet met zijn rust tevreden.
Opnieuw een lied! En weer gitaren zacht!
Wilt, mannen, aandacht aan mijn raad besteden:
Houdt in het oog de vrouw door u aanbeden;
Neemt u voor dit losbandig lied in acht.
Maar mocht gij bijgeval zelf ontrouw wezen,
Dan, vrienden, valt er verder niets te vrezen!
| |
Венеция
| |
2Мне чудится, что это ночи стон,
Как мы, своим покоем недовольной,
Но снова песнь! и вновь гитары звон!
О, бойтеся, мужья, сей песни вольной.
Советую, хотя мне это больно,
Не выпускать красавиц ваших жен;
Но если вы в сей мнг неверны сами,
Тогда, друзья! да будет мир меж вами!
| |
[pagina 160]
| |
3Ook niet voor jou, o schone Cicisbee,
Ook niet voor jou, arglistige Meline.
Lever u over aan de gril der zee,
Daar vindt de liefde vaak haar origine;
Hoewel, op zee heerst ook het onvoorziene,
Beslissend over 's mensen wel en wee.
De talisman van heimelijke kussen
Weet donkre dromen van het hart te sussen.
| |
3И мир с тобой, прекрасный Чичизбей,
И мир с тобой, лукавая Мелина.
Неситеся по прихоти морей,
Любовь нередко бережет пучина;
Хоть и над морем царствует судьбина,
Гонитель вечный счастлнвых людей,
Но талисмаи пустынного лобзанья
Уводит сердца темные мечтанья.
| |
4Zo, hand in hand, gezeten in de boot,
Zien zij elkander aan. Met zacht gefluister
Geeft zij haar boezem aan het maanlicht bloot
En toont haar blanke arm in volle luister,
Die eerst nog was verborgen in het duister,
Wijl zij de jongeling haar lippen bood;
En in de verte klinken de frivole,
Soms droeve klanken van de barcarolle:
Mijn hulk gaat met de golven mee,
Vrij als de wind in volle zee;
Zoals een beekje eeuwig stoeit,
Zo raakt mijn roeiriem niet vermoeid.
De gondel glijdt over de zee,
De tijd vliegt met de liefde mee;
Dan keert vervolgens weer het tij,
De hartstocht is voorgoed voorbij.
| |
4Рука с рукой, свободу дав очам,
Сидят в ладье и шепчут меж собою;
Она вверяет месячным лучам
Младую грудь с пленительной рукою,
Укрытые досель под епанчою,
Чтоб юношу сильней прижать к устам;
Меж тем вдали, то грустный, то веселый,
Раздался звук обычной баркаролы:
Как в дальнем море ветерок,
Свободен вечно мой челнок;
Как речки быстрое русло,
Не устает мое весло.
Гондола по воде скользит,
А время по любви летит;
Опять сравняется вода,
Страсть не воскреснет никогда.
|
|