[De Tweede Ronde 1989, nummer 4]
Voorwoord
Een welvoorzien nummer besluit de tiende jaargang.
Het vertaalde deel geeft een beeld van de Oostduitse literatuur, vooral die van de afgelopen tien jaar. De grote actualiteitszin waarvan dit lijkt te getuigen, berust op toeval. Elk nummer wordt, zoals het hoort, driekwart jaar tevoren geconcipieerd. Maar in zoverre is de actualiteit bewust gediend dat drie van de in dit nummer vertegenwoordigde Oostduitse auteurs ook hun persoonlijke reactie op de Omwenteling van 1989 beschrijven, in de rubriek Rondvraag.
In Vertaalde poëzie ca. twintig Oostduitse dichters, even heterogeen als in Nederland, van vormvast tot experimenteel, (maar wars van de gewilde duisterheid en Ich-bezogen vrijblijvendheid die in Nederland in zwang zijn). Drie dichters krijgen relatief de meeste aandacht: Volker Braun, Heinz Czechowski en Heiner Müller, de toneelschrijver van wie een bureaucratische dialoog in blanke verzen is opgenomen; deze werd geïllustreerd door de vooraanstaande Oostduitse schilder A.R. Penck, die zelf poëzie schrijft. Een keuze uit Pencks illustraties in Tekeningen.
In Vertaald proza zes auteurs, van wie er zich één - Stephan Hermlin - nog steeds communist noemt. Van hem een autobiografisch stuk over het eind van de oorlog. De overige teksten variëren van satirisch-realistisch via hartbrekend-navrant tot burlesk-surrealistisch, maar ze hebben een bijzondere kwaliteit - stilistisch raffinement - gemeen.
In Nederlandse poëzie ca. twintig dichters, onder wie vier debutanten (Henk Houthoff, Hester Knibbe, Cor Barend Termaat, Leo Verzuu), verder o.m. Johanna Kruit, Jean Pierre Rawie, Willem M. Roggeman, Georgine Sanders. In Nederlands proza behalve een nieuw verhaal van Frans Pointl twee debutanten (Christoph Blans en Ronald Fritz).
Gastredacteuren van dit nummer waren Ad den Besten en John Albert Jansen, van wie de eerste in Essay verslag doet over zijn bijna veertigjarige betrokkenheid bij de Oostduitse literatuur. In Light Verse, dat gedeeltelijk in het teken van Oost-Duitsland staat, speciale aandacht voor Ivo de Wijs, die bij de verschijning van dit nummer de Kees Stip Prijs 1989 in ontvangst neemt.
Redactie