De Tweede Ronde. Jaargang 8

[p. 161]

Het paard
Josip Sever^* (Vertaling Lela Zečković en Roel Schuyt)

als het denken aan het paard mij vermoeit
als dan dit paard verschijnt
steigerend aan de horizon
als zijn laatste stappen verzinken
in het wijde veld, in het zand

als zijn manen zweven
in de nevel boven de zee
die schuimt geslepen
als een boheems glas
op een harde eiken tafel

en bereden door een vorst
en bereden door een bisschop
bereden door een mijnwerker
en bereden door wagner

daar heb je zijn noors temperament
zijn turkooizen zwaard
en die zandige negev
en die hongaarse poesta
zonder ruiters

hoe sierlijk is het paard
als het steigert en gaat staan
en blijft staan in het wit
een wit paard

(1977)

* Josip Sever, Kroatisch dichter, geboren in 1938 in Blinjski Kut. Hij studeerde Slavische talen in Zagreb en Chinees in Peking. Hij heeft de aandacht van de critici getrokken met zijn weloverwogen taalexperimenten. Hij schrijft hermetische, moeilijk toegankelijke poëzie. Als vertaler heeft hij vooral bekendheid gekregen door zijn uitmuntende vertalingen van Majakovski. Sever geldt in Joegoslavië als een van de weinige kenners en vertalers van Chineze poëzie. Poëziebundels: Diktator (1969); Anarhokor (1977).

Konj

kad klonu moje misli o konju
na nebosklonu kad se javi
taj konj u propnju
kada tonu
njegovi potezi
u širno polje, u pijesak

kad m griva lebdi
u izmaglici mora
što se brušeno pjeni
kao češka čaša
na tvrdu hrastovu stolu

i kad ga jaši knez
i kad ga jaši biskup
kad ga jaši rudar
i kad ga jaši wagner

tu je njegov norvegijski nerv
njegov tirkizni mač
i taj pješčani negev
i ta pusta madžarska
bez jahača

kolika gizda u konju
kad se propne i stane
i ostane u bijeloj boji
bijeli konj