Dus zoals ik al zei: Knut iv van Denemarken. Is dat niet merkwaardig? Christiaan v reorganiseerde de orde in het jaar 1693: ik weet het uit mijn hoofd. En naar men zegt werd ze opnieuw gewijzigd in het jaar..., wacht... het zit in mijn hoofd, als in kleine schuiflaadjes: ik moet alleen af en toe een poosje aan zo'n laadje rukken voordat het open wil..., het jaar 1808. Voor getallen heb ik een heel sterk geheugen, 1808. Wie weet waar u en ik toen waren... Nou, zitten we hier dan niet prima op deze bank, onder het getik van de regen op het strakgespannen doek?... Er komen op regenachtige dagen maar weinig mensen. Dan blijven ze binnen. Vooral zondagsochtends. Vindt u het niet heerlijk die geur van schoongewassen bladeren en opgefriste aarde op te snuiven en deze goeie lobbes voor ons te zien? Werkelijk, alles wat met olifanten te maken heeft interesseert me. Ziet u, op het ordeteken staat een olifant afgebeeld die een toren draagt en die toren wordt vastgehouden met een blauw koord dat onder de buik van de olifant doorgaat. Leuk hè? De lieden aan wie de koning het ereteken toekende, droegen witsatijnen broeken, een karmozijnrode fluwelen sleepmantel en een baret met veren. Die liepen er fraai uitgedost bij, vindt u ook niet? Stil, stil... doet u maar net of u niet naar hem kijkt, we moeten hem niet laten schrikken... Ziet u hoe hij dichterbij komt... Als we nu gewoon doorgaan met praten net alsof er niets aan de hand is, dan zal hij zo meteen zijn slurf op de balustrade leggen... Chu-Yu-Hua, de koning van Siam, stichtte in het jaar 1890 de orde van de olifant: een medaille aan een rood lint, met een groene rand eromheen. De twee kleuren zijn van elkaar gescheiden door twee fijne streepjes, een blauw streepje en een geel streepje... Nu staat hij met zijn rug naar ons toe... Wilt u eens zien hoe ik hem in een ommezien weer omgedraaid krijg? Hij hoeft alleen maar het geritsel van het papieren zakje te horen. Ziet
u maar eens hoe hij zijn oren beweegt en zich van den domme houdt. De schurk! Van dit weer wordt hij nerveus. Het regent niet en de zon schijnt niet, het miezert maar zo'n beetje. Als de zon schijnt, dan doet hij nooit zo..., dan legt hij zijn slurf kordaat op de balustrade zo gauw hij maar papier hoort ritselen..., vooruit, laten we iets anders proberen: muisje, wil je een koekje? Ik noem hem muisje omdat hij de kleur van een muis heeft. Ik weet voor de duivel niet waarom hij zo'n gerimpelde huid heeft. Wilt u alstublieft mijn paraplu even vasthouden? Pak maar aan, kleintje, pak maar. Hij is nog nooit zo lusteloos geweest als vandaag. Mis-