De Tweede Ronde. Jaargang 7
(1986)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 166]
| |
Twee gedichten
| |
[pagina 167]
| |
VreugdeIedereen op straat vroeg, wat ben je blij?
En ik hoorde het niet want ik was blij
Tot ik bijna bij het eind van de straten was gekomen.
Ik kwam een jongetje tegen dat met zand speelde, bij het eind van de straten.
Ik zei tegen hem, kom op, wees ook jij blij
Hij zei tegen mij je bent hier bij het eind van de straten.
Iedereen op straat vroeg, wat ben je blij?
En ik hoorde het niet want ik was blij
Tot ik bijna bij het eind van de vreugde was gekomen.
Ik kwam een jongetje tegen dat nog niet bij het eind van zijn vreugde was.
Ik zei tegen hem, je zult meer en meer blij zijn
En nooit bij het eind van je vreugde komen.
Iedereen op straat vroeg, wat ben je blij?
En ik hoorde het niet want ik was blij
En ik luister ook niet in het uur van de vreugde.
En ik kwam een lange dag tegen waarop ik niet blij was
En verbaasde me over ieder die me toen vroeg naar vreugde,
En verdriet zo groot als vreugde vrat mijn hart.
|
|