Tsjip/Letteren. Jaargang 12
(2002)– [tijdschrift] Tsjip/Letteren– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 30]
| |
Regeren is vooruitzien
| |
AanleidingIn de tweede helft van 2000 is de Zeeuwse Bibliotheek - de openbare bibliotheek voor Middelburg -, het service-instituut voor de regiobibliotheken (Provinciale Bibliotheek Centrale) en de wetenschappelijke bibliotheek, door de provincie gevraagd na te denken over projecten die kunnen worden opgezet in het kader van de nieuwe cultuurnota. Het Stimuleringsprogramma Cultuurparticipatie Zeeland 2001-2004 is een belangrijk nieuw beleidsonderdeel van de provinciale cultuurnota De kracht van cultuur. De provincie wil twee zaken stimuleren: meer cultuur en meer mensen met cultuur in aanraking brengen. De afdeling Groepsgerichte Dienstverlening van de Zeeuwse Bibliotheek heeft een bijdrage geleverd aan de buitenschoolse component van Bazar. De consulent jeugdbibliotheekwerk is onder andere samen met Scoop, het Zeeuws Instituut voor Zorg, Welzijn en Cultuur, betrokken geweest bij het project ‘Hoeveel weegt blauw’. Een combinatieproject waarbij beeldende kunst als inspiratie dient voor het schrijven van gedichten. Met de kennis omtrent het Stimuleringsprogramma Cultuurparticipatie en de kennis over het project Bazar is actie ondernomen. Bazar wordt door de Zeeuwse Bibliotheek gezien als een belangrijk instrument om met de plaatselijke openbare bibliotheken de samenwerking met het vmbo verder uit te bouwen en te intensiveren. We willen daar graag mee aan de slag. | |
Samenwerkingspartners en onderwijsGezien het brede pakket aan aansprekende werkvormen en de mogelijkheden die Bazar biedt op het gebied van leesbevordering, cultuur- en mediaeducatie besluiten we samenwerking te zoeken met andere culturele instellingen in de hoop aan te sluiten bij bestaande ontwikkelingen. Scoop wordt benaderd. Van de Provincie Zeeland heeft deze organisatie expliciet de opdracht gekregen de coördinatie van cultuureducatie en -participatie ter hand te nemen en daarin nauw samen te werken met de gemeenten. Scoop adviseert ons contact te zoeken met het Samenwerkingsverband Welzijnszorg OosterschelderegioGa naar voetnoot1 en het Regionaal Opleidingen Centrum (ROC), vestiging Oosterschelderegio. Deze instanties werken met Scoop samen op het gebied van cultuurparticipatie en -educatie en de invulling van zogenaamde cultuurmenu's. Met het oog op de onderwijskundige inbedding in het curriculum wordt de schoolbegeleidingsdienst, het Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland (RPCZ), gevraagd een bijdrage te leveren. Gezien het voorgaande en het grote aantal scholen voor voortgezet onderwijs in dit gebied gaat onze voorkeur uit naar uitvoering in de Oosterschelderegio. Als ook de openbare bibliotheken van Goes, Reimerswaal en Zierikzee bereid zijn mee te werken, kunnen de verdere voorbereidingen van start gaan. | |
[pagina 31]
| |
De organisaties verdiepen zich in de mogelijkheden en onmogelijkheden van Bazar. Na een eerste, zeer informatieve toelichting door Kees Broekhof van SARDES volgen enkele vergaderingen waarin betrokken organisaties de inhoudelijke lijnen uit zetten, doelstellingen en uitgangspunten formuleren, inhoud bepalen en helder proberen te krijgen wat iedere organisatie concreet en in financiële zin kan bijdragen aan de invoering van Bazar. Pas als dit helder is, en de subsidie-mogelijkheden zijn verkend, worden de scholen (directies, docenten Nederlands en/of CKV) uitgenodigd voor een informatieve bijeenkomst. De opkomst is groot. Opnieuw is het Kees Broekhof die de aanwezigen enthousiast weet te maken voor de inhoud van Bazar. Maar daarnaast zijn het de betrokken organisaties die duidelijk maken op welke manier en met welke mogelijke financiële middelen Bazar kan worden ingevoerd op zeven scholen voor vmbo. Voor het onderwijs wordt duidelijk wat van de verschillende organisaties kan worden verwacht en welke inspanningen scholen zelf zullen moeten leveren. Voordat richting mogelijke subsidiegevers - Provincie Zeeland, Stichting Lezen, Samenwerkingverband Welzijnszorg Oosterschelderegio - stappen worden gezet, wordt aan scholen gevraagd schriftelijk een eerste intentie tot deelname uit te spreken. Scholen die dat wensen krijgen een uitgebreide extra toelichting tijdens de eerstvolgende vergadering van de sectie Nederlands. Nu scholen en betrokken instellingen enthousiast zijn, kan het definitieve projectplan worden geschreven. Er wordt subsidie aangevraagd en verkregen. Ook de betrokken instellingen leveren hun bijdrage. Bazar gaat van start. | |
DoelDoel van Bazar in Zeeland is lezen onder vmbo-leerlingen te stimuleren en te komen tot intensieve samenwerking als het gaat om activiteiten voor deze doelgroep op het gebied van leesbevordering, literatuuronderwijs, media-educatie en cultuureducatie en -participatie. Het project richt zich op de vmbo-leerlingen van zeven scholen voor voortgezet onderwijs in de Oosterschelderegio en hun docenten. Bij de uitvoering zijn naast vertegenwoordigers van eerder genoemde instellingen ook de contactpersonen voortgezet onderwijs van de openbare bibliotheken, instellingen als theater, bioscoop, filmhuis en museum en indien mogelijk de schoolmediathecarissen betrokken. Om de doelstelling te realiseren wordt in de periode 2001 tot september 2005 van basisvorming tot en met het vierde leerjaar gewerkt aan het structureel inbedden van de activiteiten in het onderwijs. Daarnaast zoeken we naar mogelijkheden om een koppeling te maken tussen activiteiten die binnen de school plaatsvinden en activiteiten daarbuiten. Daar worden dan ook andere culturele instellingen bij betrokken. Bazar krijgt in het lesprogramma een structurele plaats. Ieder leerjaar wordt een modulair programma geboden. Het is onmogelijk om alle onderdelen van het Bazar pakket aan de orde te laten komen, vandaar dat gekozen is voor de invoering van de basismodule aangevuld met die onderdelen die raakvlakken hebben met de bibliotheek. Alle leerlingen maken kennis met: | |
1 Lezen rond een themaLeerlingen lezen boeken en fragmenten, maken opdrachten en leggen een leesdossier aan. De thema's zijn ‘vriendschap en liefde’, ‘zielige boeken’, ‘oorlog en vrede’, ‘science fiction’ en ‘griezelen’. | |
2 PoëzieLeerlingen lezen en schrijven gedichten in het kader van de landelijke dichtwedstrijden ‘Doe maar, dicht maar’ en ‘Zo gedacht, zo gedicht’. Ze maken kennis met gedichten en beeldende kunst in ‘Hoeveel weegt blauw’. | |
3 Tijdschriften en krantenLeerlingen bekijken en bespreken verschillende soorten tijdschriften en maken opdrachten aan de hand van een gevarieerde collectie tijdschriften. (Leerjaar een en twee). Leerlingen maken opdrachten naar aanleiding van kranten en worden zich bewust van het plezier en nut van kranten. Een project van Krant in de Klas voor leerjaar drie en vier. | |
4 FilmLezen in het donker: leerlingen gaan ter voorbereiding op het bekijken van de film intensief met het verhaal in het boek aan de slag en leggen een relatie met de verfilming. | |
[pagina 32]
| |
5 TheaterTer voorbereiding op de theatervoorstelling die buiten de school wordt bezocht gaan leerlingen aan de slag met achtergrondinformatie en opdrachten. In een afrondende les volgt een uitgebreide nabespreking. | |
6 BibliotheekAlle leerlingen maken gedurende drie jaar kennis met non-fictie en de bibliotheek. In het eerste leerjaar wordt gebruik gemaakt van het Bibliospel, een dobbelspel met opdrachtenkaarten waarmee zij diverse aspecten van de bibliotheek leren kennen. In de volgende jaren leren de leerlingen aan de hand van specifieke onderwerpen als kleding, sport, uitvindingen, eten en drinken et cetera gebruik te maken van verschillende informatie-bronnen, waaronder internet. Leerlingen leren in toenemende mate kritisch en kundig op zoek te gaan naar informatie. | |
NieuwVoor de betrokkenen, scholen en culturele instellingen, is het project organisatorisch nieuw. Deze keer hoeft geen tijd en energie te worden gestopt in het inhoudelijk ontwikkelen van lesmateriaal, maar toch is er veel werk te doen. Bazar sluit weliswaar aan bij de kerndoelen in de basisvorming en de examenprogramma's voor de vakken Nederlands en CKV, maar invoering in het curriculum gaat niet vanzelf. Bazar kan ingebed worden in de methodes die worden gebruikt, maar toch moeten uren vrijgemaakt worden om de uitvoering op school zo soepel mogelijk te laten verlopen. Extra voorbereiding en overleg tussen docenten is hiervoor nodig. Eén van de docenten wordt belast met de algehele coördinatie in de school en is het aanspreekpunt voor de culturele organisaties. Op schoolniveau moeten ook voor een deel nog extra middelen worden vrijgemaakt voor het bezoeken van film- en theatervoorstellingen, men denke aan CKV-vouchers. Invoering vraagt ook het nodige van de betrokken culturele instellingen. De Zeeuwse Bibliotheek heeft het initiatief genomen voor de invoering van Bazar en is derhalve initiator, stimulator en eindverantwoordelijke voor het project. Samen met medewerkers van de openbare bibliotheek, Scoop, ROC en RPCZ is de consulent bibliotheekwerk voor jongeren en voortgezet onderwijs van de Zeeuwse Bibliotheek verantwoordelijk voor de praktische uitvoering. Zij verzorgen de centrale coördinatie, planning van buitenschoolse activiteiten, bijscholing van docenten, levering van alle materialen, invulling van het bibliotheekbezoek, financiën, contacten tussen de scholen onderling en publiciteit. Docenten moeten zich vooral kunnen concentreren op de lessen zelf en de inbedding het curriculum. | |
Gefaseerde invoeringOmdat de materie voor alle betrokkenen nieuw is en we tijd en ruimte willen creëren om het project goed te begeleiden, wordt gekozen voor gefaseerde invoering. Wel tekenen alle betrokken scholen en culturele instellingen in het voorjaar van 2001 een intentieverklaring waarin men zich bereid verklaard in de periode 2001-2005, gezamenlijk gestalte te geven aan de invoering van Bazar in de Oosterschelderegio. In schooljaar 2001-2002 gaan het Buys Ballot College en Groot Stelle, twee vmbo-scholen in de gemeente Goes, van start. De openbare bibliotheek Goes is vanaf het allereerste begin bij de uitvoering betrokken. In september 2001 ontmoeten docenten van beide scholen en medewerkers van het RPCZ, de Zeeuwse Bibliotheek en openbare bibliotheek Goes elkaar voor de eerste inhoudelijke bijscholing. Het bezoek aan de bibliotheek krijgt concreet vorm. Als aanvulling op de materialen in het Bazar pakket levert de bibliotheek Goes extra materialen en achtergrondinformatie om het daadwerkelijke bezoek voor te bereiden. De lessen worden doorgenomen. Tussen docenten en bibliothecarissen vindt informatie-uitwisseling plaats over de specifieke kenmerken van de doelgroep. Er wordt gesproken over ‘wat kan wel’ en ‘wat kan niet’ bij de introductie en ‘waar moet je op letten’ bij het bibliotheekbezoek. Iedere brugklasleerling ontvangt een gratis bibliotheekpas en een bon voor het gratis lenen van een cd, cd-rom of video die ook in de andere Zeeuwse bibliotheken en in de bibliobussen kan worden gebruikt. Docenten, bibliothecarissen en leerlingen zijn enthousiast en gaan gaandeweg het schooljaar verder met de onderdelen tijdschriften in de klas, poëzie, lezen rond een thema, film en theater. De activiteiten worden, uitgaande van een les per week, in themablokken over het gehele schooljaar gespreid. Voorafgaand aan ieder themablok vindt inhoudelijk bijscholing omtrent de lessen plaats. Deze bijscholing wordt verzorgd door het RPCZ, maar ook de consulent bibliotheekwerk voor jongeren en voortgezet onderwijs van de Zeeuwse Bibliotheek en de contactpersoon van de openbare bibliotheek Goes zijn bij deze bijeenkomsten aanwezig. De bijeenkomsten duren ongeveer twee uur. | |
Binnen en buiten schoolIn de bijeenkomsten wordt naast de inhoud van de lessen ook aandacht besteed aan andere werkvormen die kunnen worden gebruikt in het kader van coöperatief leren. Praktische zaken komen eveneens aan de orde. De Zeeuwse Bibliotheek zorgt voor alle materialen: docentenhandleidingen, | |
[pagina 33]
| |
werk- en tekstbladen voor de leerlingen, boeken, kranten- en tijdschriftenpakketten, affiches, dichtbundels et cetera. De openbare bibliotheek zorgt waar nodig voor aanvullende materialen en activiteiten. Leerlingen kunnen met hun lenerspas ook zelf aanvullend materiaal lenen in de bibliotheek. Bij de lessen rond tijdschriften zorgt de Zeeuwse Bibliotheek voor buitenlandse bladen. Ter voorbereiding op de lessen poëzie zijn Plintposters geleverd die door de docenten in de school zijn verspreid. Leerlingen maken zelf gedichten, en kiezen het leukste gedicht om in de tekenles zelf een Plintposter te maken en stellen per klas een dichtbundel samen. Deze wordt op 31 januari 2002, de Landelijke gedichtendag, aangeboden aan de wethouder en de directeur van de openbare bibliotheek in Goes. De dichtbundel wordt opgenomen in de collectie van de bibliotheek en de schoolmediatheek. Hier zien we een voorbeeld van de koppeling van binnen- en buitenschoolse activiteiten. Scoop is verantwoordelijk voor de provinciale voorronden van de Kunstbendeen zoekt nieuw publiek. Men hoopt door extra activiteiten vmbo-leerlingen enthousiast te kunnen maken voor deelname aan de Kunstbende, waar tot nu toe maar weinig vmbo-leerlingen aan meedoen. Op 31 januari vinden daarom in de bibliotheek van Goes extra activiteiten plaats. Voor leerlingen in het voortgezet onderwijs is er een speciaal programma met Serge van Duijnhoven en DJ FAT. De brugklasleerlingen van Groot Stelle en het Buys Ballot College beleven de finale van de ‘Plintposterwedstrijd’ en bieden hun dichtbundel aan. Ook is daar de opening van de door de Zeeuwse Bibliotheek ontwikkelde website ‘Poëzie op Kennisnet’. Drie Bazar-onderdelen voor het eerste leerjaar zijn afgerond. Lezen rond een thema, film en theater volgen de komende maanden. Bazar krijgt op de twee pilotscholen een plaats in het curriculum voor de nieuwe brugklassen en in het schooljaar 2002-2003 gaan we met de leerlingen van het afgelopen jaar verder in de tweede klassen, tot ze uiteindelijk in het vierde leerjaar alle onderdelen van de basismodule plus de bibliotheekactiviteiten hebben afgerond. De leerlingen die in het schooljaar 2001-2002 met Bazar zijn gestart worden intensief gevolgd. Voorafgaand aan de activiteiten heeft een nulmeting plaatsgevonden en aan het eind van de projectperiode krijgen ze hetzelfde vragenformulier voorgelegd. Dit om te zien of de activiteiten succesvol zijn geweest en of er attitudeverandering heeft plaatsgevonden ten aanzien van lezen, bezoek aan de bibliotheek, film en theater. In het schooljaar 2002-2003 starten de overige vijf scholen zodat aan het eind van de projectperiode alle leerlingen van brugklas tot en met vierde leerjaar op zeven vmboscholen in de Oosterschelderegio hebben kennisgemaakt met Bazar en de activiteiten een structurele plaats hebben gekregen in het curriculum. | |
Twee scholenDe ervaringen van de twee pilotscholen en de betrokken organisaties kunnen nu worden meegenomen in het overleg dat dit voorjaar met de vijf vervolgscholen en de bibliotheken van Reimerswaal en Zierikzee zal plaatsvinden. Bazar in de Oosterschelderegio loopt goed. We zijn nauwelijks een half jaar bezig, maar zien nu al dat dingen beter kunnen. Zes onderdelen in een schooljaar kost veel tijd, misschien moet er nog eens worden gekeken naar de methode die naast Bazar voor het vak Nederlands wordt gebruikt. Bazar kan ‘in plaats van’. De bijscholingsbijeenkomsten zijn soms te praktisch en te weinig inhoudelijk. Meer aandacht kan worden besteed aan coöperatief leren. De rol van de bibliotheek en de schoolmediatheek kan nog beter uit de verf komen. Nu pas zijn de definitieve Bazar pakketten gereed. De website, www.bazarweb.nl, is nog niet volledig operationeel. Ook in de levering van tekst- en werkbladen voor de leerlingen zal nog enige verschuiving kunnen optreden, maar in het algemeen zijn we tevreden. | |
Regeren is vooruitzienOp dit moment worden de Bazar pakketten landelijk aangeboden; veel docenten zullen, aangemoedigd door de wervende folder, tot aanschaf van het materiaal overgaan. Maar dan? Als gewerkt wordt met de basismodule zullen docenten zelf contacten moeten leggen met de bibliotheek en culturele instellingen in hun werkgebied en van gerichte bijscholing is op voorhand geen sprake. De vraag komt van de school en voor de instellingen betekent dit: ‘U vraagt en wij draaien.’ Maar zo werkt het vaak niet. Docenten staan nog te weinig stil bij wat wel en niet kan en zo lopen contacten, met onder andere de bibliotheken, vaak uit op een teleurstelling voor beide partijen. In | |
[pagina 34]
| |
Zeeland draaien we het om. Ingegeven door de veranderingen in het onderwijs hebben de culturele organisaties, ieder voor zich, al stappen gezet op het gebied van leesbevordering cultuur- en media-educatie. Ze benaderen onafhankelijk van elkaar het onderwijs dat toch al overspoeld wordt met informatie en als ze niet uitkijken worden de organisaties elkaars concurrent in plaats van samenwerkingspartner. Ze vissen allemaal in dezelfde vijver. Met Bazar komt alles samen. Docenten worden door de betrokkenheid van de instellingen ontlast, samenwerking wordt structureel en er zijn mogelijkheden om een relatie te leggen met het culturele aanbod. Met Bazar komen de lijnen samen en vervlechten ze tot een stevig ankertouw. Je moet er niet aan denken dat je deze kans mist.
Hannie Bruijnooge is consulent bibliotheekwerk voor jongeren en voortgezet onderwijs. |
|