Lateur, beter bekend als Stijn Streuvels. Voorzitter was J.W. Muller, de grote Reynaertspecialist. Brochures werden verspreid waarin stond dat er na het Reynaertspel een Reynaertstandbeeld zou moeten komen. De vos van het standbeeld, schreef het comité in verheven woorden, ‘die als zijn voorvader uit het middeleeuwse epos een dier zal moeten zijn, waarachter een fijne geest, - in schone schijn - verbergt.’ De Nederlandse Antwerpenaar Anton Damen werd gevraagd het beeld te ontwerpen. Hij heeft het moment vereeuwigd waarop Reynaert zijn victorie behaalt. Het beeld laat Reynaert zien op het moment dat hij afscheid neemt van het hof. Een bronzen beeld van de vos staat voor een hardstenen bas-reliëf. De beeldhouwer heeft zich wel enige vrijheden veroorloofd. Zo is rechts de galg te zien, die zich in het verhaal elders bevindt. Links vinden we de torens van het stadhuis en de spits van de Sint-Willibrordbasiliek, die in de oorlog vernietigd is. Op de zijkant was een tekst te lezen over de totstandkoming van het beeld. Een tiental jaren geleden konden W. Gielen en zijn dochter de tekst nog ontcijferen:
De Reynaertviering tijdens de landbouwtentoonstelling van den NCB 1937 leidde tot oprichting van een comité voor een Reynaertmonument. Door de milde bijdragen van de gemeente Hulst, de Nationale Levensverz. Bank. N.V. te Rotterdam en van vele burgers in en buiten deze veste kon dit gedenkteken onthuld worden op 12 september 1938 door den beschermheer v.h. comité J.W. Quarles van Ufford Commissaris van de koningin in Zeeland.
Opvallend is het Nederlandse overwicht bij de oprichting van het standbeeld. Het beeld is zeker bijna geheel gefinancierd met Nederlands geld. Bij de onthulling sprak de Gentse hoogleraar Leonard Willems namens de Vlaamse Academie. Natuurlijk benadrukte hij dat de dichter van de Reynaert de streek door en door gekend moet hebben. In zijn rede zei hij, dat hij niet jaloers was dat een beeld van een Vlaamse held nu op Nederlandse bodem stond, maar dat hij het beschouwde als een symbool van Hollands-Vlaamse vriendschap. Een opmerking die zeker verband hield met de gespannen verhoudingen tussen Nederland en België tijdens het interbellum. Reynaert is een symbool van de Vlaamse identiteit en na het beeld in Hulst, zijn aan de andere kant van de grens ook nogal wat Reynaertbeelden opgericht, zoals in Sint-Niklaas, Rupelmonde en Stekene. Hulst presenteert zich graag als de meest Vlaamse stad van Nederland. Het standbeeld van Reynaert draagt daar zeker toe bij.
Dat werd nog meer onderstreept door de verplaatsing naar de Gentsepoort in 1949, bij de nieuwe toegangsweg uit Vlaanderen tot de stad. Het beeld is daar een aantal malen gestolen. Op 1 april 1957 verdween het beeld. Het is later vijftien kilometer verder in het protestantse Axel teruggevonden. De Axelaars hebben het beeld teruggestuurd met een aanslagbiljet voor de hondenbelasting. Het schijnt dat Axelaars het spottend over ‘dien 'ond in 'Ulst’ hebben. Een paar jaar later werd die hond gevonden in de tuin van de burgemeester van Zaamslag, zo mogelijk een nog meer uitgesproken gereformeerde plaats, waar weinig Vlaamse zwier te vinden is.
Rondom het standbeeld en de Reynaertfiguur is een hele folklore ontstaan die sterk geïnspireerd is op Vlaamse voorbeelden. Voor massaspektakels en Reynaertstoeten wordt een voorbeeld genomen aan Vlaamse evenementen. Soms wordt ook Vlaamse expertise ingehuurd. Voor de derde Reynaertstoet in 1961 werd een beroep gedaan op een regisseur die eerder verantwoordelijk was voor de