Iktionaire
Verversen
Spreekwoorden en uitdrukkingen: de jeugd van tegenwoordig lijkt er steeds minder in thuis te zijn. Jongeren gebruiken ze niet, of verkeerd. ‘Prijs de beer niet voor hij geschoten is’ - dat werk. ‘Ik moet er even een tandje bovenop doen, anders kan ik die master wel op m'n fluit schrijven.’
Een andere bron van spreekwoordenkennis lijkt mij de conversatie met ouderen.
‘Oma, Michael zegt dat zijn controller niet goed is, maar hij kan gewoon niet tegen zijn verlies!’
‘Ja jongen, hij die niet kan dansen, wijt dit aan de vloer.’
‘Hallo?! Ik heb het over Killzone, oma, niet over dansen.’
‘Jawel jongen, maar dat is een spreekwoord. Mensen die niet goed kunnen dansen, geven de vloer de schuld. Dat is net zoiets.’
‘Goh, oma, spreekwoorden? Dat klinkt als een interessant taalkundig fenomeen. Vertel mij daar alsjeblieft wat meer over, zodat ik ook mijn taalgebruik ermee kan verrijken!’ En dat zo'n kind dan een paar spreekwoorden leert.
Misschien praten kinderen niet meer met hun grootouders? Geen tijd meer voor, omdat er gegamed moet worden? Of wordt er nog wel gepraat, maar filteren de grootouders de archaïsmen bij voorbaat weg, uit angst om ouderwets te lijken? Je kunt in dit land tenslotte beter te boek staan als belastingontduiker dan als ‘ouderwets’. Dan kun je net zo goed meteen in je graf gaan liggen.
Als een waardevol cultuurgoed in onbruik dreigt te raken, rijst de vraag: moeten wij het proberen te redden, en zo ja hoe?
Het gebruik in zijn traditionele vorm opnieuw aan de man brengen is een aanpak waarvoor vrijwel nooit wordt gekozen. Die traditionele vorm wordt juist als het probleem gezien, en dus gaan de gedachten uit naar modernisering.
‘Verversen’, noemen ze het bij Paarse Krokodillentranen, een project, uiteraard in de eigentijdse vorm van een wedstrijd, om archaïsche Nederlandse spreekwoorden te vernieuwen. ‘Omwille van de smeer, likt de kat de kandeleer’ is een spreekwoord waar een jeugdige taalgebruiker niets van snapt. Kaarsen worden tegenwoordig van mineraal of plantaardig vet gemaakt, niet meer van dierlijk vet, zoals vroeger, dus katten likken geen kandelaars meer. En dan moet je eigenlijk ook nog weten dat de verzamelnaam voor dierlijke vetten ooit smeer was.
Paarse Krokodillentranen selecteert een spreekwoord en laat vijf mensen - schrijvers, cabaretiers, muzikanten, etc. - een alternatief bedenken. In het geval van de kat en de kandeleer werd het: ‘'t Is z'n swag of d'r tieten, die jou doet liken of retweeten.’
Tja. Erg modern, dat wel.
Oma zit gebogen over het woordenboek.
‘Swag? Swag? Nooit van gehoord. Lieken? Ruh-tweeten? Ret-weten? Hm, ik word oud. Ja, tieten, dat ken ik.’
Andere inzenders haalden er loverboys bij, of Gordon. Dat is geen vernieuwen, dat is ophippen. Dan keer je het probleem om. Nu weten jonge mensen ongeveer wat er bedoeld wordt, maar ouderen niet. En straks niemand meer, als Facebook en Twitter verdwenen zijn. Hetgeen, begrijp ik van trendgevoelige jongeren, een kwestie van maanden is.
Ik werd ook benaderd. Het te verversen spreekwoord: ‘Zuinigheid met vlijt bouwt huizen als kastelen.’ Het schijnt dat jonge mensen het woord vlijt niet meer kennen, vandaar.
Enfin, ik broed.
En laat u nog weten wat eruit kwam.
Jan Kuitenbrouwer