Antwoorden taaltest (zie pagina 317)
A. Spelling
1 a. | meeat |
2 b. | idyllisch |
3 c. | gestrest |
4 b. | van tevoren |
5 a. | bijouterieën |
6 a. | accommodatie |
B. Fouten
1. | onder meer, dvd's, gsm'etje, verdonkeremanen/verduisteren (opmerking: employee is alleen juist als er een vrouw bedoeld is; een man is een employé) |
2. | bevoorrade, werd, vlak bij, beschoten met |
C. Woordenschat
meliloot: c. klaversoort |
pyknisch: a. gedrongen |
kiyu: b. judograad |
zo klaar als een klontje: b. alliteratie (= beginrijm) |
D. Extra
c. | oorzakelijk voorwerp (vergelijkbaar met het lijdend voorwerp, maar komt alleen voor bij een naamwoordelijk gezegde) |
|
|