Geschiedenis op straat
Groest
Riemer Reinsma
De straatnaam Groest komt alleen in Hilversum voor, maar het is wel een van de bekendste straten in deze plaats. Hilversum is er nooit helemaal in geslaagd zijn oude plattelandskarakter af te leggen, en ook de naam Groest getuigt daarvan. Groes of groeze is een oud woord voor ‘weiland’. Het is verwant met de woorden gras, groen en groeien. Gras zelf is trouwens óók verwant met groeien, zoals blad verwant is met bloeien. Gras - en de bijbehorende groene kleur - werd blijkbaar bij uitstek geassocieerd met snelle groei.
De slot-t in Groest werd pas later aan de naam toegevoegd, misschien omdat het woord daardoor wat meer nadruk kreeg (vergelijk bijvoorbeeld kijker-kijkerd). Maar als we die slot-t even wegdenken, is de naam Groest helemaal niet uniek in Nederland. Een Groes (of De Groes) is aan te treffen in vijf gemeenten. Nog twee andere hebben een Groeze; onder andere Malden, dat op een kleine afstand ligt van... jawel, Groesbeek.
Ook nu is nog te zien dat de Groest vroeger een weiland was, want de straat is opvallend breed. A.H. Meijer meldt in zijn Straatnamenboek van Hilversum:
De Groest in Hilversum, omstreeks 1910
Foto: Goois Museum, Hilversum
Ten tijde van Jan van Beieren (1373-1425) lag in de omgeving van de tegenwoordige Groest een moerassige vlakte, die later Groeze werd genoemd. Er liep een groep (greppel) door, waardoor het overtollige regenwater, dat bij stortbuien van de heuvels afstroomde, van het dorp werd afgevoerd (...). Het overtollige water werd dan weer via de Spuisteeg naar de Kampstraat ‘gespuid’.
Was de Groest in lang vervlogen tijden een dorpsplein, een brink misschien? Het Woordenboek der Nederlandsche Taal merkt onder het trefwoord groeze op: ‘Onwillekeurig herinnert men zich bij groes ook De Groest (...), eene dorpsbuurt (wellicht het voormalige dorpsplein, elders wel “het groentje” geheeten) te Hilversum.’ Het lijkt erop dat die veronderstelling - ‘wellicht het voormalige dorpsplein’ - onjuist is. De Groest mag dan een weiland zijn geweest, het was zeker geen dorpsplein. Als zodanig diende immers de brink, die Hilversum óók had: zo'n onbebouwde ruimte midden in het dorp, waar de herders de schapen verzamelden. Deze brink lag een eindje verderop; de herinnering eraan leeft voort in de naam Kerkbrink.
Herders zullen er indertijd op de Groest dus niet veel geweest zijn. Het moet niet prettig toeven geweest zijn op de doornatte Groest, als we bedenken dat deze ‘vanouds een reservoir moest zijn voor de opvang van de grote hoeveelheden water’, zoals Meijer het uitdrukt. De Groest was dus niets minder dan de goot van Hilversum.