Taalwedstrijd congres
Taaladviesdienst Genootschap Onze Taal
Traditiegetrouw had de Taaladviesdienst voor het congres een taalwedstrijd samengesteld. Bij de Taaladviesdienst-stand, waar de bezoekers ook terechtkonden met taalvragen, waren deelnameformulieren verkrijgbaar. De deelnemers hadden de hele dag de tijd om over de vragen na te denken. Voor de lezers van Onze Taal die ook hun kennis willen testen, drukken we de wedstrijd hier volledig af.
De taalwedstrijd bestond uit tien meerkeuzevragen die aansloten bij het congresthema: ‘invloeden op onze taal’. Ook dit jaar bleken de vragen pittig: van de 325 deelnemers hadden er 22 alle tien de vragen goed beantwoord. Deze mensen verdienen op deze plaats een eervolle vermelding:
J. Annema, Rotterdam |
D. van den Beld, Amsterdam |
H. Blijlevens, Kerkdriel |
L. Bressers, Eindhoven |
M. Bressers, Utrecht |
C. Calberson, Antwerpen * |
P. van Dongen, Rotterdam |
B. Jansen, Bussum |
R. Jansen, Pijnacker |
P. de Jongh, Tiel |
I. Kappers, Zevenaar |
H. Lankhorst, Delft * |
Z. van Oordt, Den Haag |
A. Parzer, Leidschendam |
A. Pillen, Kortrijk |
G. Renes, Den Haag |
O. Roemer, Den Haag |
I. Spaanbroek, Den Haag |
P. van Splunter, Zaandam |
G. de Wijkerslooth, Pijnacker |
J. Winterkamp, Zoetermeer |
M. Wormer, Utrecht * |
Onder deze personen hebben we drie taalboekenpakketten verloot; de gelukkige winnaars hebben een sterretje achter hun naam staan. Hieronder volgen de vragen van de taalwedstrijd; rechtsonder vindt u de antwoorden.
1. | Wat was een maarschalk oorspronkelijk?
a. | een koopman (Italiaans: merchellaco) |
b. | een stalknecht (Middelnederlands: ma(e)r (‘paard’) + scalc (‘dienaar’)) |
c. | een marineofficier (Latijn: mare (‘zee’) + scala (‘meester’)) |
|
2. | Welke zin bevat de juiste spelling?
a. | De caissière haalde zonder gêne de cheque uit het depot en gaf deze aan de bankemployé. |
b. | De cassière haalde zonder gène de cheque uit het dépot en gaf deze aan de bankemploye. |
c. | De caissiere haalde zonder gene de chèque uit het depot en gaf deze aan de bankemployée. |
|
3. | Hoeveel van de tv-programma's op Nederlandstalige zenders zijn Engelstalig?
a. | ongeveer een kwart |
b. | ongeveer de helft |
c. | ongeveer driekwart |
|
4. | Waar komt het woord school vandaan?
a. | van het Latijnse scollus (‘sportaccommodatie’) |
b. | van het Jiddische sgoler (‘liefhebberij’) |
c. | van het Griekse scholè (‘vrije tijd’) |
|
5. | Wat is een lingua franca?
a. | een kunstmatige taal die voor internationale communicatie uitgedacht is |
b. | een zeer eenvoudige omgangstaal op basis van het Engels |
c. | een taal die wordt gebruikt als omgangstaal tussen bevolkingsgroepen die ieder een eigen taal spreken |
|
6. | Als wat werd het woord slagroom in het verleden wel beschouwd?
a. | als een anglicisme (Engels: whipped cream) |
b. | als een germanisme (Duits: Schlagsahne/Schlagrahm) |
c. | als een gallicisme (Frans: crème fouettée) |
|
7. | Welke twee talen zijn in de twintigste eeuw het meest van invloed geweest op het Nederlands?
a. | het Frans en het Engels |
b. | het Duits en het Engels |
c. | het Frans en het Duits |
|
8. | Hoe heet een woord dat of een uitdrukking die letterlijk uit een andere taal is vertaald, en in strijd is met het eigen taalgebruik?
a. | een bastaardwoord |
b. | een barbarisme |
c. | een vulgarisme |
|
9. | Waar komt het woord krach (zoals in beurskrach) vandaan?
a. | het komt van het Franse craquer (‘mislukken’) |
b. | het is ontleend aan het Duitse werkwoord krachen (‘springen’) |
c. | het is een verschrijving van het Engelse crash (‘slag, instorting’) |
|
10. | Hoe wordt ‘uit de tijd’ in het Poldernederlands uitgesproken?
a. | [aut de taait] |
b. | [uut de tiet] |
c. | [oit de tait] |
|
Antwoorden taalwedstrijd congres 1b, 2a, 3b, 4c, 5c, 7b, 8b, 9b, 10.