Dat snobistische Engels!
G.F. Makkink - Wageningen
Wanneer ik de Taaladviesdienst van Onze Taal buiten kantooruren opbel, verzoekt een ‘automatisch antwoordapparaat’ mij mijn boodschap na de pieptoon in te spreken. Ik zou dit allerminst automatisch antwoordende apparaat willen voorstellen zich voortaan met de juistere naam ‘opnemer’ te presenteren. En natuurlijk niet met de naam ‘voice mail’. Met zo'n toestel word ik tegenwoordig steeds vaker verbonden. Dan reageer ik gewoonlijk als volgt: ‘Vojsmeel, vojsmeel...? Daarvan kun je een heerlijke vojskeek bakken wanneer je er verse vojs-eieren en zoete vojs-rozijnen in doet. Zeg me bij gelegenheid even in mijn opnemer hoe de vojskeek heeft gesmaakt.’