● Schipperen
Voor aardrijkskundige aanduidingen in het Arabische taalgebied kiest Kramers echter voor ‘een wijze van transcriptie zoals gebruikelijk in het betreffende land’. Maar ze doet dat weer niet, zoals ze schrijft, ‘in gevallen van exonymie’. In feite zegt Kramers hiermee: we doen het zus, behalve wanneer we het zo doen. En zo is ook de werkwijze van de Taalunie geweest.
Dat klinkt alsof het een verwerpelijke werkwijze zou zijn, maar dat is het niet. Met de schrijfwijze van aardrijkskundige namen blijft het altijd schipperen. De poging van het ANP destijds heeft aangetoond dat een sterke verbuitenlandsing van aardrijkskundige namen op te gespannen voet staat met het Nederlands. Een radicale vernederlandsing van eigennamen kan ook niet, omdat de namen dan gemakkelijk hun identificatiefunctie verliezen: Bon (Bonn), Fèruwwer (Faeröer), Belies (Belize).
Voor het overgrote deel van de namen is er geen keuzeprobleem (Kroatië, Taiwan, Tbilisi, enzovoort), maar voor een klein deel valt er vrijwel altijd iets te zeggen voor minimaal twee schrijfwijzen, bijvoorbeeld Jogjakarta (Taalunie) en Jogyakarta (Kramers), en misschien ook wel Yogyakarta (Taalunie en Kramers) of zelfs Djokjakarta (Kramers).