● Misvormd
Ik besloot het de dichter zelf te vragen. Korteweg reageerde licht geschrokken, want hij had niet de bedoeling gehad onnodige moeilijkheden op te roepen. Hij nam zich voor in een eventuele tweede druk enige uitleg toe te voegen, maar in afwachting daarvan wilde hij nu al wel graag onthullen wat een Apeldoorn was: een tulp van die naam.
Het ging, voorzover hij wist, om een fors type tulp met een nogal uitbundig karakter. Een echte Apeldoorn is, eenmaal in water gezet, geneigd snel en opdringerig te gaan groeien, zonder zich veel te bekommeren om de vaas waarin hij gezet is. Zij maakt als het ware een enthousiaste doorstart, kronkelt de vaas uit en kruipt gewoon over het tafelblad verder, waardoor de vaas er in de praktijk al snel voor schut bij staat. Geen bescheiden of gedistingeerde tulp dus, deze Apeldoorn, eerder een wat dellerig type: buigend en flemend, eentje die graag wil, zo graag dat ze reikhalzend en kruipend zichzelf misvormt, zoals de dichter zegt.
Navraag bij enkele lokale bloemenstalletjes leverde dan ook louter misprijzende blikken op en de nuffige verzekering: ‘Wij verkopen bijzóndere tulpen, meneer.’ In de folder van bloembollenspecialist Bakker uit Hillegom zag ik ze al meteen op de eerste bladzijden staan: de gewone Apeldoorn, de Golden Apeldoorn en Apeldoorn's Elite, met zoveel woorden omschreven als ‘nu het meest bekende tulpenras’. Ze behoren alle drie tot de zogenoemde Darwinhybriden, ontstaan uit een kruising van de wilde Fosterianatulp met de forse Darwintulp, met joekels van tulpen als resultaat.
Noteren wij dus in het woordenboek van de poëzie: ‘een Apeldoorn (geslacht en meervoud onzeker), tulp die met zijn opdringerigheid en flemende buigingsneigingen doet denken aan het gedrag van drank in volle drankflessen, aan de muziek van Gustav Mahler (1860-1911) en, voorzover zich dat nu al laat vaststellen, aan de dood. Zie ook: Darwinhybride.’