Zeepkistdiscussies [2]: museums versus musea
Redactie Onze Taal
In de pauzes van het congres discussieerden lezers van Onze Taal met elkaar. Oud-hoofd van de educatieve afdeling van het Rijksmuseum, Gerard van der Hoek, verdedigde de stelling ‘Van Nederlandse woorden met een Latijns én een Nederlands meervoud behoort uitsluitend het Nederlandse meervoud (museums, gymnasiums) gebruikt te worden.’ Hij vond het merkwaardig dat Nederlanders zich als enigen bedienen van een Latijnse meervoudsuitgang: musea. ‘Fransen gaan naar les museés, Duitsers bekijken die Museen, Amerikanen en andere Engelssprekenden bezoeken the museums. Heel Europa doet het in zijn moerstaal, maar wij niet.’ Waarom eigenlijk niet? ‘Het lijkt erop dat musea een hogere status heeft, het klinkt deftiger dan museums. Museumbezoek zal dan ook wel niets zijn voor gewone mensen. Educatieve diensten van museums begonnen daarom ook in de jaren vijftig museums te gebruiken in een poging het ideaal “Kunst voor Allen” te bevorderen. Dat stuitte op weerstand: veel van mijn collegae waren mordicus tegen. Maar museum is ingeburgerd en verdient een Nederlands meervoud. Bovendien zullen dan curieuze vormen als musea's niet meer voorkomen. En als museums eenmaal ingeburgerd is, volgen de gymnasiums, catalogussen, criteriums (in de wielersport) en datums (van tijd) vanzelf. Criteria (maatstaven) en data (pc-gegevens) mogen dan van mij blijven bestaan, want ze betekenen iets anders. Zo kunnen een nieuwe regel en de uitzonderingen een verrijking betekenen voor de communicatie.’
Zijn betoog kreeg 37 stemmen, duidelijk minder dan de 162 waarmee zijn tegenstander, de neerlandicus Jos Paardekooper, deze discussie won. Paardekooper: ‘Ik ben grootgebracht met musea en gymnasia, die woorden klinken mij helemaal niet raar of elitair in de oren. Ik ken zelfs bijna niemand die museums zegt. Moet ik nu ter wille van de kennissen van mijn opponent die museums zeggen en in de war raken met musea's, mijn gewone musea opgeven? Bovendien geeft de Algemene Nederlandse Spraakkunst nog zeker tien andere soorten meervouden dan de gebruikelijke op -s of -en. Moeten we die dan ook allemaal gaan afschaffen omdat ze elitair zijn? Musea is gewoon Nederlands geworden. Uit de uitzondering die mijn opponent maakt voor criteria blijkt al de inconsequentie van zijn standpunt.’