● Bewustzijnsvernauwing
Dat P.D. James spanning weet op te roepen ondanks het verklappen van de afloop, hangt samen met de manier waarop ze het verhaal vertelt. Direct nadat in de eerste zin haar dood is aangekondigd, wordt de rest van de kroniek verteld vanuit het perspectief van het meisje. José Sanders verbindt in haar proefschrift uit 1994 het vertelperspectief met de manier waarop lezers dat verhaal mentaal verwerken. Het is nogal een verschil of we de gebeurtenissen zien door de ogen van een van de personages of dat die ons worden verhaald door een alwetende verteller. Let vooral op dat alwetende. De alwetende verteller weet al dat het meisje zal sterven, en vertelt het ons ook in de eerste zin van het verhaal. Het meisje weet het echter niet en door haar ogen zien wij de rest van de gebeurtenissen. Volgens Sanders heeft deze perspectiefkeuze een soort bewustzijnsvernauwing tot gevolg: de lezer ziet de gebeurtenissen zoals het meisje ze ziet en sluit zich daarbij af voor informatie die het meisje niet kan weten, bijvoorbeeld dat ze vermoord zal worden.
Het komt erop neer dat u als lezer een soort kamer binnengaat. Al staat er bij de deur een alwetende verteller die u de afloop vertelt van het verhaal dat u binnen zult horen, zo gauw u over de drempel stapt, bent u dat vergeten. De kennis over de afloop is er wel, maar niet in de kamer waarin u door het personage wordt binnengeleid.
Deze analyse geldt niet alleen voor verhalen. De Amerikaan Gerrig slaagde erin om lezers onzeker te maken over historische gebeurtenissen waarvan ze heel goed wisten hoe die zouden aflopen. Zo liet hij hun een korte tekst lezen waarvan de eerste zin
luidde: ‘George Washington was de eerste president van de Verenigde Staten.’ Daarop volgden een paar zinnen waarin de twijfels van Washington werden beschreven; eigenlijk wilde hij liever zijn laatste jaren in alle rust doorbrengen op zijn plantage in Virginia. Die twijfels werden beschreven vanuit het perspectief van zijn tijdgenoten. Als de proefpersonen vervolgens werd gevraagd of Washington de eerste president van de Verenigde Staten was, moesten ze eerst de kamer van die tijdgenoten uit. Dat kost tijd, zoals bleek uit de langere reactietijd bij het beantwoorden van die vraag. Trekt u zich dus niets aan van loslippige bibliothecaressen. Een goed auteur slaagt erin u in spanning te houden, of u nu weet hoe het verhaal afloopt of niet.
Het experiment waarin de eerste zin over de dood van Valerie Mitchell werd vervangen, staat beschreven in ‘Spanning, nieuwsgierigheid en verrassing. Cognitieve en affectieve effecten van verhaalstructuren bij het lezen van spannende verhalen’ van Hans Hoeken en Mario van Vliet, verschenen in het tijdschrift Gramma/TTT (januari 1995). Hoe verschillen in perspectief het leesproces beïnvloeden, kunt u lezen in het proefschrift van José Sanders, Perspective in Narrative Discourse uit 1994. Een interview naar aanleiding van haar proefschrift stond in Onze Taal van mei 1995. Een verslag van het ‘George Washington’-experiment staat in het artikel ‘Suspense in the absence of uncertainty’ van Richard Gerrig in Journal of Memory and Language (1989, blz. 633-648).