Zwemmen
C. Kostelijk - Lelystad
In het boek Veilen van J.P. Glerum, Den Haag 1991, vertelt de auteur (blz. 45-48) over de techniek van het fingeren van biedingen, wat in het veilingjargon ‘zwemmen’ wordt genoemd.
Wanneer niemand hoger biedt dan het bedrag waarvoor een voorwerp is ingezet, gaat de veilingmeester ‘zwemmen’. Hij roept bedragen alsof er geboden wordt, totdat er vingers omhoog gaan; blijft het bod toch te laag, dan roept hij een (nep)naam of (nep)nummer naar de veilingadministratie, zodat men daar weet dat het schilderij onverkocht gebleven is. Vóór alles moet op een veiling verhuld worden dat goederen niet verkocht worden.
Een malafide praktijk? Volgens de auteur wordt het zwemmen ‘wel gelegaliseerd door het feit dat het veilinghuis het recht heeft om namens de inzender een bod uit te brengen. En dat is wat je als veilingmeester in feite doet wanneer je opbiedt.’
Overal ter wereld wordt het bonafide zwemmen bij veilingen toegepast. In Engelssprekende landen noemt men het ‘taking bids from the wall’ of ‘taking bids from the chandeliers’. Met andere woorden: zo'n veilingmeester kijkt wat glazig naar de muren of de verlichting en handelt alsof daar geboden wordt.