Dubbele ontkenningen
Ton van der Wouden - Rijksuniversiteit Groningen
We mogen ook nooit niks! Zo mogen we bijvoorbeeld geen dubbele ontkenningen gebruiken, want twee ontkenningen heffen elkaar op - tenminste, dat leren we op school. Toch is deze regel, althans in deze algemene vorm, ongenuanceerd, onjuist en onhoudbaar.
De strijd tegen de dubbele ontkenning heeft een lange geschiedenis. In de middeleeuwse dialecten van het Nederlands, maar ook bijvoorbeeld in het Engels en in het Duits, was een soort dubbele ontkenning de regel. Als je bijvoorbeeld wilde uitdrukken dat Walewein niet sprak, dan zei je ‘Hi en sprac niet’, met de twee negatieve elementen en en niet. Een vergelijkbaar systeem is te vinden in het standaard-Frans: daarin zeg je ‘Il ne dit rien’, letterlijk ‘Hij niet zegt niets’, als je de betekenis ‘Hij zegt niets’ wilt uitdrukken. Al in het Middelnederlands was het systeem van dubbele ontkenning aan het veranderen of verslijten, en kon, onder sommige omstandigheden, het elementje en weggelaten worden.
Deze ontwikkeling werd versneld en bestendigd toen in de zestiende en zeventiende eeuw in de eerste grammatica's een standaardtaal werd vastgelegd. De Latijnse grammatica stond model voor die van het Nederlands: niet alleen was dat de enige taal waarvoor überhaupt een grammatica was vastgelegd, bovendien had het Latijn, als taal van kerk, wetenschap en bestuur, een heel hoge status. Het Latijn heeft naamvallen, bijwoorden die niet verbogen worden, en een enkelvoudige ontkenning, en daarom werd in de grammatica's van het Nederlands vastgelegd dat er verschil is tussen hun en hen, dat een hele hoge status fout is en een heel hoge status goed, en dat dubbele ontkenningen onlogisch zijn. De taalgemeenschap weet echter beter - zie ook wat Multatuli schreef in zijn Ideen: ‘Ik leg mij toe op het schrijven van levend Nederlands, maar ik heb schoolgegaan.’
Het is verkeerd om alle dubbele ontkenningen over één kam te scheren: we kunnen niet minder dan vier soorten onderscheiden. Ik zou ze willen indelen in versterkende, verzwakkende, opheffende en grammaticale of betekenisloze dubbele ontkenningen. Verschillende daarvan zijn in het hedendaagse Nederlands volstrekt acceptabel en in sommige gevallen zelfs onmisbaar.