Onze Taal. Jaargang 64
(1995)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 180]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uitheemse woorden in Nederlandse mond [3]Ga naar voetnoot*
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
● Speciaal en cruciaalHet woord speciaal vinden we al in het Middelnederlands, maar cruciaal staat zelfs nog niet in het C-deel van het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), uit 1916. Uit de materiaalverzameling voor de aanvullingen op het WNT blijkt dat cruciaal voor het eerst in 1950 is gesignaleerd. De lettercombinatie ci in speciaal en cruciaal wordt in het Frans uitgesproken als [sj]. In onze uitspraakgidsen vinden we niet alleen deze Franse [sj], maar ook nog twee andere: de vernederlandste vorm van de Franse [sj] (de beginklank van het woord chocola) en [siej]. In het laatste geval gaat het volgens ons om spellinguitspraak: het woord wordt uitgesproken zoals het gespeld is, waarbij de uitspraakregels voor onze lettertekens worden toegepast. Alleen het uitspraakwoordenboek van De Coninck (1970) geeft een advies voor speciaal en cruciaal. Voor beide woorden adviseert het de Franse [sj]; voor speciaal noemt het bovendien de vernederlandste vorm en voor cruciaal de spellinguitspraak [siej]. Blancquaert (1953) en Paardekooper (1978) hebben alleen speciaal in hun gidsen opgenomen. De eerste adviseert de Franse uitspraak [sj], de tweede de spellinguitspraak [siej] en de vernederlandste vorm.
In tabel 1 staat hoe de 75 vrouwen die deelnamen aan ons onderzoek de woorden speciaal en cruciaal uitspraken.
Uit de totaalpercentages blijkt dat er opmerkelijke verschillen zijn in de uitspraak van de twee woorden. Bij speciaal gebruikt men meestal de vernederlandste vorm [sj] (als in chocola) (49%) en bij cruciaal de spellinguitspraak [siej] (64%). Wij zien twee oorzaken voor de sterkere vernederlandsing van speciaal. Ten eerste is speciaal veel eerder in het Nederlands geïntroduceerd dan cruciaal. En ten tweede wordt speciaal veel vaker gebruikt dan cruciaal: 2507 tegenover 44 keer, volgens CELEX (een corpus Nederlands van het Instituut voor Nederlandse Lexicologie, dat meer dan 42 miljoen woorden bevat). Frequent gebruikte vreemde woorden passen zich veel eerder aan de ontvangende taal aan dan minder frequent gebruikte. De voorkeur voor de spellinguitspraak bij cruciaal kan bovendien een gevolg zijn van een ander verschil tussen beide woorden: speciaal wordt gebruikt in de dagelijkse omgangstaal, cruciaal in de meer formele taal. Het is niet uitgesloten dat cruciaal zo'n onbekend woord is dat een aantal van onze vrouwen het niet kende en het daarom maar uitsprak zoals het gespeld wordt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
● Aubergine, energie en ingenieurAubergine, energie en ingenieur zijn al relatief lang in het Nederlands in gebruik. Aubergine is voor het eerst aangetroffen in 1777. De oudste vindplaats van energie is het boek Historie van Mejuffrouw Cornelia Wildschut of de gevolgen der opvoeding (1793-1796) van Betje Wolff en Aagje | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 181]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Deken, een werk dat zij tijdens hun tienjarig verblijf in Frankrijk(!) schreven. Ingenieur is als engienieer opgenomen in een van de oudste woordenboeken van het Nederlands: dat van Kiliaan (1599). We kunnen daarom aannemen dat het al vóór die tijd in het Nederlands voorkwam. Zowel Blancquaert, De Coninck als Paardekooper adviseert de woorden op z'n Frans uit te spreken. Paardekooper en Blancquaert doen dat overigens alleen voor energie en ingenieur, want aubergine hebben zij niet opgenomen. Voor ingenieur noemen alle drie de gidsen ook nog de uitspraak van de stemhebbende g, als in het woord geel. De Coninck beveelt deze uitspraak ook voor energie aan. Het kan hier om een etymologische uitspraak gaan: mensen gebruiken haar omdat zij weten dat deze woorden uit het Latijn of Grieks afkomstig zijn, talen waarin de g als in geel werd uitgesproken. Aannemelijker is dat we met spellinguitspraak te maken hebben: men zegt [g] omdat er een g gespeld wordt.
Bij de bij ons onderzoek betrokken vrouwen vinden we meer uitspraakvarianten dan de twee die in de uitspraakgidsen worden vermeld. Behalve de Franse uitspraak en de spellinguitspraak hoorden we ook de vernederlandste uitspraak: [sj] als in wasje. De vrouwen uit ons onderzoek spraken de drie woorden uit zoals weergegeven in tabel 2.
Het eerste wat opvalt, is dat de g in aubergine op slechts twee manieren wordt uitgesproken. Misschien wordt dit woord nog te veel als Frans gezien om de wel zeer onfranse spellinguitspraak te gebruiken. Dit wordt ondersteund door het gegeven dat aubergine veel vaker dan de andere woorden op z'n Frans wordt uitgesproken. Aubergine komt volgens CELEX ook veel minder frequent voor dan energie en ingenieur: 23 keer voor aubergine tegenover 2517 voor energie en 419 voor ingenieur. Verder valt het op dat energie veel vaker met de Franse klank wordt uitgesproken dan ingenieur. Hier kan de ouderdom van de woorden een rol hebben gespeeld: energie (eind 18de eeuw) is veel jonger dan ingenieur (Middelnederlands). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
● Vlaamse angst?Als we de groepen sprekers afzonderlijk bekijken, zien we dat bij alle drie de woorden de vernederlandste uitspraak het vaakst voorkomt bij de Haagse groep. Dit zou een gevolg kunnen zijn van de relatief lage opleiding van de door ons onderzochte Haagse vrouwen en de daaraan gekoppelde geringe kennis van het Frans. Bovendien is verstemlozing van stemhebbende klanken een algemeen kenmerk van de randstedelijke dialecten. De standaardtaalsprekers en de Valkenburgse groep gebruiken in alle drie de woorden relatief vaak de Franse klank. Bij de standaardtaalsprekers kan dat worden toegeschreven aan hun hogere opleiding en de daarbij behorende grotere kennis van het Frans. Bij de Valkenburgse groep kunnen we denken aan de sterke invloed die het Frans tot in het begin van de 20ste eeuw in Limburg heeft uitgeoefend (zie de tweede aflevering in deze serie). De uitspraak van de Tieltsen kan misschien verklaard worden als een uitvloeisel van het Vlaamse purisme. Als de Vlamingen toch om een of andere reden aan het Frans ontleende woorden gebruiken, kunnen we ons voorstellen dat ze die het liefst niet-Frans willen laten klinken. Of sprekers die gedragslijn volgen, lijkt af te hangen van de uitspraakmogelijkheden die voorhanden zijn. Als er slechts een keuze is tussen een Franse uitspraak en een vernederlandsing daarvan die zou kunnen worden geïnterpreteerd als een mislukte poging tot de Franse uitspraak, kiest de Vlaming voor de Franse uitspraak. We zagen dat bij aubergine en bij speciaal, cruciaal, en, in vorige afleveringen, bij politie, operatie, relatie, repetitie, croissant en (in geringere mate) restaurant. Als er naast de Franse uitspraak en de vernederlandsing daarvan echter óók nog een uitspraak voorkomt die niet als mislukte benadering van het Frans kan worden beschouwd, zoals de vernederlandste vorm bij energie en ingenieur, heeft die blijkbaar de voorkeur. |
|