Sofie 5
Na de babytijd verwerft een peuter door nieuwsgierigheid en verwondering de moedertaal beetje bij beetje. Jeroen Kramer is anglist, presentator van het tv-programma ‘Het Klokhuis’, maar vooral ook vader. In een serie korte artikelen belicht hij enkele episoden uit de taalontwikkeling van dochter en peuter Sofie.
Ze was nog geen twee. We waren krap een paar uur onderweg naar onze volgende bestemming, ergens in Frankrijk. Heet was het niet, we waren royaal met plas-, eet-, speel- en schommelpauzes geweest, ze had ijs op, en ze kreeg alle aandacht van haar moeder, die naast haar op de achterbank zat. Nul reden tot ontevredenheid.
En toch maar dreinen, kilometer na kilometer. Toen het laatste restje hoop op een beetje zon werd weggespoeld door een zeurderige motregen, werd het zo'n beetje tijd om te gaan tanken. Ik sla af bij een pomp en Sofie zet het op een gillen en schreeuwen. Het stuurwiel verkruimelt bijna in mijn vuisten van ingehouden frustratie, totdat ik mij overgeef aan een onbedaarlijke woedeaanval.
‘En nou is het afgelopen met je eeuwige gezeik en geschreeuw en gesodemieter. STOP MET GILLEN!’, brul ik naar achteren, terwijl ik de auto bruusk bij de benzinepomp tot stilstand breng. Walmend van onvrede stap ik uit om onze rijdende bom van nieuwe brandstof te voorzien.
Als ik weer instap is het muisstil op de achterbank. Ik ram de auto in de eerste versnelling en rij verder dat natte rot-Frankrijk in.
‘Papa is boos’, hoor ik in een gesmoorde peutergiechel achter mijn rug. ‘Als Sofietje weeeeh weeeeeh doet is papa boos.’
Sofietje giechelen, mama schateren, papa als een boer met kiespijn. Niks primaire uitingen, niks verbale onmacht - als 't ze uitkomt doen ze gewoon net of ze niet kunnen praten. Die kleine etters weten verdomd goed waar ze mee bezig zijn.