Geachte redactie,
Mijn kleinzoon Peter (9) was in de kerstvakantie enkele dagen mijn logé, en hij maakte me min of meer toevallig attent op een kwestie die me sterker in verwarring bracht naarmate ik me er meer in verdiepte. Het gaat om de ‘letter’ ij. Peter heeft nog maar enkele jaren geleden het alfabet geleerd; zesentwintig letters, waarvan de vijfentwintigste klinkt als ij. Ter gelegenheid van zijn logeerpartij kreeg hij van mij een kinderwoordenboek, waarin hij tot zijn verbazing geen enkel woord aantrof dat met de bewuste letter begon. Geen ijs, geen ijlings en geen ijverig. Ik legde hem uit dat de letter ij in ons alfabet eigenlijk de Griekse y is, die meestal als i wordt uitgesproken, en dat de letter ij die hij zocht niet bestaat. Ik vertelde dat de lange ij een combinatie is van twee letters, net als de korte ei. En inderdaad, ongeveer in het midden van het woordenboek, onder de letter i, vond hij zijn ij-woorden.
Op een avond gedurende die week keken we naar het taalspelletje Lingo op de televisie, waarbij woorden van vijf letters moeten worden geraden. Toevallig raadde iemand ijsvrij. Dat was fout, maar niet omdat het met zijn zeven letters te lang zou zijn. Het juiste woord was bijzijn. Mijn kleinzoon is nog te jong om te denken dat het wel aan hem zal liggen als hij iets niet begrijpt, dus wees hij me op de tegenspraak tussen mijn bewering dat de ij uit twee letters bestaat, en de werkelijkheid van presentator François Boulangé op de tv. En ik zat met de mond vol tanden.
Ik haalde mijn Scrabble-spel voor de dag en liet hem zien dat er slechts een ypsilon voorkwam, en dat een blokje met een ij ontbrak. Een week later belde hij me op met de triomfantelijke mededeling dat de Scrabble-doos bij hem thuis wel degelijk afzonderlijke blokjes bevatte voor de Griekse y én voor de lange ij. Hij veronderstelde welwillend dat mijn spel waarschijnlijk wel héél oud zou zijn.
Sedertdien houdt de kwestie me bezig en mijn verwarring neemt helaas slechts toe. Ik heb me afgevraagd waarom we IJmuiden met twee hoofdletters schrijven, terwijl Eibergen en Oegstgeest het met één kunnen stellen. Ik ontdekte dat de nieuwste editie van de Winkler Prins-encyclopedie een alfabet kent van zevenentwintig letters: x, ij, y, z. Het telefoonboek van mijn woonplaats zet de achternamen Ypma en IJpma vlak achter elkaar. Het cryptogram uit de krant, dat ik tegen beter weten in wekelijks probeer op te lossen, reserveert al zolang ik me herinner slechts één vakje voor de ij.
Het lijkt erop dat de letter ij ongemerkt een plaatsje veroverd heeft in het Nederlandse alfabet, terwijl alle woordenboeken de ij nog als een combinatie van twee letters behandelen. Welke verklaring hebben woordenboekmakers hiervoor?
H. van Mameren, Zeist