Ben is wees
Lex van Boetzelaer - Zeewolde
Het werkwoord zijn is een van de merkwaardigste werkwoorden in het Nederlands. De vervoegingen bij de verschillende personen en tijden zijn namelijk niet zomaar van de werkwoordstam af te leiden, zoals dat bij de meeste werkwoorden het geval is. Zijn kent vervoegingen waartussen geen enkel verband te bespeuren valt. Een leuke bijkomstigheid is dat een aantal van deze vervoegingen homoniemen zijn, zodat er hele zinnen te bouwen zijn die volledig bestaan uit vormen van het werkwoord zijn. In de volgende voorbeeldzinnen is ook gebruik gemaakt van de verouderde vormen zij en ware:
1 | Ben is wees. |
2 | Ware wezen waren wezen waren. |
3 | Wees Ben zijn zij is ware was geweest. |
De gebruikte woorden hebben hier naast de werkwoordsvorm de volgende betekenissen:
Ben = naam |
ware = echte |
waren = dwalen |
was = stofnaam |
wees = ouderloos |
wezen = ouderlozen |
zij = lichaamsdeel |
zijn = bezittelijk vnw. |
Inhoudelijk stellen deze zinnen misschien niet veel voor, maar taalkundig zijn ze goed te verdedigen. Wie kent nog meer van dit soort zinnen?