● Begrippeninflatie
Een verhaal apart vormen de munteenheden. Die hebben de neiging nogal eens van naam te veranderen. Brazilië spant ongetwijfeld de kroon: sinds 1945 veranderde het de naam van de nationale munt al zestien keer, meestal van cruzado in cruzeiro of omgekeerd, soms ook door toevoeging van een nadere bepaling. Als ik goed ben ingelicht, is het wettige betaalmiddel momenteel de cruzeiro real, maar wanneer u dit leest, kan dat alweer anders zijn.
Het ontstaan van nieuwe staten op de puinhopen van het communisme heeft natuurlijk ook zijn monetaire sporen nagelaten. Van de voormalige Sovjetstaten hanteren er enkele, verenigd in de roebelzone, de oude, vertrouwde roebel nog. Maar wie echt mee wil doen, voert natuurlijk een nieuwe munt in. Sommige nieuwe landen zijn zelfs al aan een tweede munt toe. Hieronder een overzichtje, waarbij ik aanteken dat ik per land alle vormen opsom die ik gedurende twee jaar in kranten heb aangetroffen. Er zitten dus ook munten tussen die alweer zijn afgeschaft of zelfs nooit werden ingevoerd. Om het lexicografische probleem te illustreren geef ik tevens alle vormvarianten:
Armenië: |
drams |
Azerbeidzjan: |
manat |
Estland: |
kroon |
Kazachstan: |
tjoemen |
Kroatië: |
dinar |
Letland: |
latt/lat, rublis |
Litouwen: |
talon/talonas, litas |
Macedonië: |
denar |
Oekraïne: |
griven/hrivna, karbo vanets/karbovanez |
Oezbekistan: |
sum, tyiyn |
Slovenië: |
tolar |
Turkmenistan: |
manat |
Voordat het woordenboek dit alles voor goede munt aanneemt, zal er nog heel wat uitgezocht moeten worden. En dan nog is het een illusie te denken dat je volledig up-to-date kunt zijn. De werkelijkheid is sneller dan de lexicograaf.