Vergelijking als wapen
De vergelijking is een uiterst krachtig overtuigingsmiddel. In de volgende passage levert NRC-columnist Wesseling kritiek op de samenstelling van de groep deelnemers aan een praatprogramma van Maarten 't Hart. Die sprak met een priester, een dominee en de hooggeleerde Brugman:
(...) want de betreffende gast, Brugman, is wel arabist en islam-deskundige, maar bij mijn weten geen moslim en al helemaal geen imam. Dat gaf het programma iets vreemds. Het was alsof je in een praatprogramma twee vogels en één ornitholoog zag optreden.
Wesseling heeft natuurlijk niet automatisch gelijk, want dan zouden alle programma's met twee zieken en een arts ook vreemd zijn, maar door zijn vergelijking gaat zijn bezwaar wel leven.
Een andere functie van de vergelijking is dat ze nieuwe aanvallen mogelijk maakt. Daarvan maakt Wesseling gebruik als hij vervolgt met:
De vreemdste van die twee vogels was ongetwijfeld dominee Kuitert.
Ook Koos van Zoomeren kan goed uit de voeten met de vergelijking. In een van zijn stukjes in NRC Handelsblad (8-9-93), een tijd met veel Bosnische gruwelen, beschrijft hij hoe hij helpt een koe uit de sloot te halen. Ten slotte klaart een tractor het karwei. De andere koeien staan erbij en kijken ernaar. Hij besluit het stukje zo:
Zelfs bij deze operatie toont de kudde geen belangstelling. Nieuwsgierigheid is deze koeien al te veel gevraagd. Het lijkt Europa wel.