● Bezwaren
Een autoriteitsargument is nog het meest op zijn plaats in een discussie met leken. Lastig is wel dat bijna nooit volstaan kan worden met de opmerking ‘de geleerden zijn het erover eens’, omdat deskundigen het per definitie bijna nooit geheel en al met elkaar eens zijn. Een andere complicatie is dat het soms moeilijk valt uit te maken wie op een bepaald terrein precies als deskundig kan worden beschouwd.
Voorbeelden van zulke deskundigheidsproblemen worden verschaft door de talloze discussies over vraagstukken op het gebied van de medische ethiek (abortus, euthanasie), het milieu, de kernenergie en andere politieke onderwerpen. In de discussie over de vrijlating van ‘de twee van Breda’ (de oorlogsmisdadigers Fischer en Aus der Fünten) in 1989 speelde bijvoorbeeld de vraag een belangrijke rol wie als competente deskundige kon worden beschouwd. Verschillende groepen wedijverden met elkaar: politici, juristen, historici, journalisten, oorlogsslachtoffers en oud-verzetsmensen. Elke groep had, op eigen wijze, recht van spreken, maar geen enkele groep had het alleenrecht op een alomvattende deskundigheid, ook al werd dat soms wel geclaimd.
Als degene die als deskundige wordt opgevoerd niet ter zake kundig is, is het autoriteitsargument een drogreden. Als de persoon in kwestie een oplichter is of een charlatan, kwakzalver of non-valeur, wordt de drogreden natuurlijk eerder herkend. Iets moeilijker wordt het als hij of zij wel deskundig is, maar op een ander vakgebied, dat meestal ook nog onvermeld blijft: ‘professor