● Hervormende ontwikkeling
Zijn onze ambtelijke schrijvers inconsequent? Nee, want er is maar één oorkonde (van 29 mei 1386) die een wisselvorm kent bij ‘land’ (lands naast lants, allebei één keer) en één (van 24 april 1390) die dat kent bij ‘goed’ (goed naast goet, ook allebei één keer), wat niet veer mag heten op een totaal van negenennegentig oorkonden tot 1400. Dat hun systeem ons niet vooraf gegeven is, is een andere zaak.
Tot aan 1355 komt er geen enkele d voor op een plaats waar we een uitgesproken t verwachten. Het spellingsysteem van deze oudere oorkonden is dus te typeren als ‘wetensgappelik’, conform de voorstellen van de vereniging van spellinghervormers (VWS), die ‘hond’ als hont gespeld (gespelt) willen zien. Ik zal deze spellingwijze als ‘oppervlaktespelling’ aanduiden.
Vooral sinds 1386 komen ook spellingen voor waaraan wij meer gewend zijn: lands ‘van (het) land’, huusraed ‘huisraad’, landzide ‘landkant’, landdaghe ‘landdag’, goed, enzovoort. Deze spellingen behalen in de veertiende eeuw nog zeker niet een meerderheid in Amsterdam (tussen 1359 en 1379 wordt 13% van de vormen waar een d kan verschijnen ook inderdaad met een d gespeld), maar ze laten in ieder geval wel de werking van de regel van de gelijkvormigheid zien, en dat voor het eerst. Deze spellingwijze duid ik aan als ‘onderliggende spelling’.
Spellen de gebruikers van de ‘oppervlakte-spelling’ nu strikt fonetisch? Nee, want dan zouden we in plaats van het vaak voorkomende goetdoncken ‘goeddunken’ eerder goed(d)oncken verwachten: assimilatie levert daar immers een stemhebbende medeklinker op! Het is duidelijk dat ook voor de schrijvers die het toenmalige ‘oude’ systeem hanteren, het woordbeeld een sterke rol speelt: wie gewend is aan een onverbogen vorm goet, gebruikt die ook in samenstellingen als goetdoncken.
Toepassing van de regel van de gelijkvormigheid betekent dat de tendens van ‘het vaste woordbeeld’ wordt versterkt: in de vormen land, land(e)s ‘van (het) land’, lande ‘(voor het) land’ en landen vinden we nu steeds hetzelfde element land-, ook al kent de uitspraak lant, landes/an(t)s, lande en landen.