de volgende voorbeeldzin:
1 De vogels vlogen verder door de lucht.
Deze zin heb ik ooit door een kind van acht jaar als volgt gespeld gezien:
2 De fooches flooche veddu dooer de lucht.
Als we zouden gaan ‘spellen-zoals-we-behoren-te-spreken’, zouden we volgens de aanhangers van dat standpunt, zoals de leden van de Vereniging voor Wetenschappelijke Spelling (VWS), zin 1 als volgt moeten spellen:
3 De vogels vlogen verder door de lugt.
Het verschil tussen de zinnen 1 en 3 is minimaal; het verschil tussen 2 en de beide andere is aanzienlijk. Kennelijk is voor dat kind van acht het schrijven-zoals-je-hoort-te-spreken nog niet zo simpel. Dat zou kunnen liggen aan eigenaardigheden van kindertaal of aan die van het dialect van dat kind. Maar misschien spelen ook andere, meer algemene factoren een rol. Ik zal om daar meer zicht op te geven, de fouten die het kind maakt de revue laten passeren.
Allereerst schrijft het kind steeds een ch waar het een g moet spellen. Deze fout is te verklaren uit de gelijkheid van uitspraak die er voor de meeste Nederlanders op dit punt bestaat. Zij maken geen verschil tussen de beginklank van chloor en die van groot. De door de VWS voorgestelde spellingwijziging zou deze g/ch-verwarring opheffen door consequent voor de g te kiezen.
De oo in plaats van de o in vogels en vlogen is, net als alle andere fouten van het kind, zowel een overtreding van de huidige officiële spelling (die van zin 1) als van de VWS-spelling (weergegeven in zin 3). De fout is natuurlijk vanuit de uitspraak gezien zeer begrijpelijk. In gesloten lettergrepen die op een medeklinker eindigen, schrijven we deze klank als oo: rook, spoor, etc. Dat we dat in open lettergrepen niet doen, is een complicatie die strijdig is met het schrijven-zoals-je-spreekt.
De u in verder en de e in door zijn fouten waaraan waarschijnlijk hetzelfde probleem ten grondslag ligt. Voor de uitspraak is er namelijk geen duidelijk verschil tussen de u in put of in Hilversum, en de sjwa geschreven als e in stiekem of verder. Die sjwa wordt daarnaast ook nog wel geschreven als i (aardig), als ij (mogelijk) of weggelaten, zoals in door. De VWS wil wel die i en ij gelijktrekken, maar verder het probleem laten bestaan.
Nu zult u waarschijnlijk zeggen dat u in door helemaal geen sjwa hoort, maar slechts een d, een ‘lange’ o en een r. Spreekt u dat woord eens langzaam uit en u zult merken dat het achtjarige meisje zeer goed geluisterd heeft. Een spellingverandering die dit probleem zou moeten oplossen, zou zeer ingrijpend zijn. De sjwa is namelijk verreweg de frequentste klank van het Nederlands.