● Dialectische grootouders
Het is overigens kenmerkend voor de grootouders die in plaatsnamen voorkomen, dat we ze vrijwel steeds in een dialectvorm of in ieder geval in een vertrouwelijke vorm aantreffen. Dat wijst erop dat zij niet zelf als naamgevers zijn opgetreden, maar de jongere generaties uit hun omgeving. Het Texelse ootje vinden we eveneens in de Zaanstreek in de veldnamen Ootje Dol en Ootjesstuk. In Bunschoten is de veldnaam Grootje bekend en in het noorden treffen we verschillende namen met beppe aan, bijvoorbeeld de Beppefinne in Jutrijp, it Beppelân bij Berlikum, Beppe weerden in Nijeholtpade en het Beppegat in de Eemsmond ten noorden van Delfzijl. Bij deze noordelijke namen moet ik wel aantekenen dat de familieband met de grootmoeder niet helemaal vaststaat. Het woord beppe kon namelijk ook in meer algemene zin gebruikt worden ter aanduiding van een oude vrouw. Dat zelfde geldt trouwens ook voor de mannelijke tegenhanger pake, die ik één keer ben tegengekomen, in de veldnaam it Pakelân in Smallingerland.
Wie in zijn jeugd nog normale jongensboeken heeft gelezen, zal bij het zien van de naam Bestevaarsven wel opveren en direct aan Michiel de Ruyter denken. Helaas, de kans is veel groter dat de weilanden in Uitgeest en Oost-Zaandam die zo heten, naar grootvaders zijn genoemd. Dat zelfde mogen we aannemen voor het Roerekempe in Hengelo in Gelderland, dat ook bekend was onder de naam Bestevaderskempken, en voor een bos bij Lochem dat in 1834 voorkwam onder de naam Bestevadersbosch.
Tot slot nog een spookgeschiedenis. Deze was verbonden aan een kolk bij Dinxperlo in de Achterhoek, de Bessemoorskolk. Ooit heeft een vrouw die met een weduwnaar getrouwd was, hier diens moeder en dus de grootmoeder van haar stiefkind verdronken. Bestemoer moet zich gruwelijk hebben gewroken. Hoe verklaren we anders dat de een na de ander in de familie van de schoondochter is overleden, de bliksem is ingeslagen en de boerderij daarop nog is overstroomd?
De kolk is alweer een tijd geleden ten offer gevallen aan de ruilverkaveling, dus de betovering zal zo langzamerhand verbroken zijn.
Toch is het misschien wel verstandig een beetje aardig te blijven voor onze grootmoeders.