● Staan en opvallen
Een afgevaardigde van de BRT-radio, de heer De Groof, zag in het geklets, het geleuter, het modieuze gebabbel bij de Nederlandse omroep, dat volgens hem ook dit symposium typeerde, een typisch Nederlands trekje:
‘Het Nederlands is voor de Vlaming een kwestie van vallen en opstaan; voor de Nederlander is het een kwestie van staan en opvallen.’
Is het in Brussel dan zoveel beter? In elk geval lijkt men zich daar meer dan in Hilversum in te zetten voor de foutloos geformuleerde boodschap. Zo kent de BRT al jarenlang een taalraadsman die programmamakers en nieuwslezers met professioneel taaladvies terzijde staat. Advies? Hij zwaait vooral driftig met het zogenoemde blauwe briefje zodra iemand een taalfout heeft begaan (uiteraard niet altijd tot genoegen van de betrokkene: ‘Wij voelen ons als konijnen in het licht’). Ook kent de BRT een taalexamen, dat er - gezien het geringe percentage geslaagden - niet om liegt.
En het was natuurlijk weer een Vlaming, Johan Anthierens, die tijdens het symposium in een alles overdonderende liefdesverklaring aan het Nederlands de noodzaak bepleitte van zorg voor ons machtigste communicatiemiddel, de taal.
Kortom: onze zuiderburen behandelen het Nederlands, toch het instrument bij uitstek van radio en televisie, met meer respect.
In zijn slotrede drong Beheydt met klem aan op de aanstelling van zo'n taalraadsman in Hilversum. Niets nieuws eigenlijk. Al in 1952 stelde ene mej. Griep in Onze Taal precies hetzelfde voor, zonder enig resultaat. Misschien is het geen slecht idee zo'n taaladviseur - hoewel een jacht op uitspraak- en taalfouten alléén natuurlijk nog geen optimale communicatie garandeert: ook een in correct Nederlands geformuleerde boodschap kan voor de luisteraar volstrekt onbegrijpelijk zijn. Zal de aanbeveling deze keer wel opgevolgd worden? Ik denk het niet.
Leo Immerzeel
Zolang er in Hilversum nog opmerkingen gehoord kunnen worden als ‘Ze horen het toch niet’, lijkt het werkklimaat me voor zo'n adviseur uiterst ongeschikt. Eerst moeten alle medewerkers in Hilversum zich ervan bewust zijn dat ze het vaak wél horen en dat ze zich er mateloos aan kunnen ergeren.
Voorzetten 33, Taal en Omroep is verkrijgbaar bij de Stichting Bibliographia Neerlandica, Postbus 90751, 2509 LT Den Haag.