● Van en naar verre landen
Nu is er wel een eetcultuur. Onze welvaart is groter geworden en dus ook het verlangen naar steeds iets nieuws, iets anders. Van hoe verder de exotische vrucht (kumquats) komt, hoe beter. We maken ook verre reizen, en van die reizen brengen we de herinnering aan de gerechten van het vakantieland mee.
Nederland kreeg vele gastarbeiders uit verschillende landen, die hun eigen eetcultuur bewaarden en restaurants openden. Door reizen en immigratie kregen we Italiaanse, Turkse, Griekse, Surinaamse, Spaanse, Egyptische, Israëlische, Mexicaanse, Indiase, Argentijnse, Joegoslavische, Hongaarse en Russische eethuizen. Het is, maar dit terzijde, begrijpelijk maar daarom niet minder opvallend dat er geen Engelse en geen Duitse (Oostenrijkse, Zwitserse) restaurants zijn in ons land, zoals er in het buitenland vrijwel geen Nederlandse eethuisjes zijn. Deze landen delen met ons het gebrek aan een eigen eetcultuur.
Welvaart, reizen en immigranten hebben onze eetgewoonten veranderd. De Chinees is er nog steeds, maar zijn populariteit is overgenomen door de Griek en de Italiaan. Het gevolg is dat Chinese eethuizen zich zijn gaan toeleggen op meer exquise Chinese gerechten, waarvan de ti pan een voorbeeld is.
Het vakantieland Italië heeft waarschijnlijk de grootste hoeveelheid nieuwe woorden - waarmee vrijwel elke Nederlander inmiddels vertrouwd is - ingevoerd. Jaren geleden kwamen we niet veel verder dan spaghetti, macaroni en pizza. Nu weten de meesten wel dat er daarnaast zoiets heerlijks bestaat als lasagna, tagliatelli, canneloni, ravioli, broccoli, risotto, zabaglione, ossobuco, minestrone, dat er worsten zijn als salami en mortadella, kazen als gorgonzola, mascarpone en mozzarella en zelfs dat pasta een overkoepelende term is voor al die Italiaanse deegwaren.
Uit de Griekse keuken zijn we vertrouwd geraakt met de tsatsiki, de moussaka, souvlaki, giros, de kalamaria en de feta.