● Toon brochure
Ten slotte zal de brochure aan aantrekkelijkheid en leesbaarheid winnen als er minder zinnen in de lijdende vorm in staan, en als de toon waarop de lezer wordt aangesproken minder wisselingen vertoont.
De lijdende vorm hoeft niet tegen elke prijs vermeden te worden, maar veel zinnen in de brochure zouden aan leesbaarheid winnen wanneer ze van hun lijdende vorm worden verlost. Maar niet alleen vanwege de leesbaarheid is de actieve vorm bij de vragen over inkomenspositie beter.
Over het geschatte inkomen treft men op bladzijde 25 de volgende zin aan: ‘Als kan worden voorzien dat uw inkomen...’ Zo'n formulering is schimmiger dan ‘Wanneer u kunt voorzien...’ of ‘Wanneer u voorziet...’ Hier is de lijdende vorm om een veel subtielere reden ongewenst: de aanvrager moet aangeven of zijn inkomen verandering zal ondergaan. Hij is degene die in staat is deze veranderingen te voorzien, dus op hém rust de plicht er melding van te maken. De lijdende vorm bindt deze verantwoordelijkheid niet zo strak aan de aanvrager: ‘Als kan worden voorzien...’ lijkt in het midden te laten of dat door de aanvrager zelf, de werkgever of wie dan ook moet geschieden.
De toon die in een tekst wordt gekozen, bepaalt in grote mate de sfeer van een brochure. Bij het aanspreken van de aanvragers zoekt men altijd een compromis tussen een te stugge en een te vage of vertrouwelijke toon. Hierin zijn allerlei gradaties. Er ontstaat al gauw een functionele familiariteit, die de inhoud minder gemakkelijk zichtbaar maakt. De brochure kan op dit punt verbeterd worden, mede doordat breedsprakigheid en strakke formuleringen elkaar te veel afwisselen. De in de tekst opgenomen constructies met ‘U moet...’ (voorschrift) zijn duidelijk en correct, ondanks het feit dat zij de toon van de tekst enigszins hard kunnen maken:
Leo Immerzeel
Zij worden echter dikwijls opgenomen in zinnen met een keuvelend karakter, die het korte en zakelijke van de ‘u-moet’-mededeling weer tenietdoen.