Taal en Tongval. Jaargang 55
(2003)– [tijdschrift] Taal en Tongval– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 123]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AbstractThis article discusses phrases with the linear order A^P^DP in West Frisian, especially adjective phrases of the type read om 'e holle ‘having a read head; blushing’ (lit. ‘read around the head’). I give a detailed description of this construction and briefly consider its distribution in the West Germanic languages. The constuction is then provisionally analysed as a case of predicative inversion in the adjectival domain: the small clause predicate read has moved over the PP-subject om 'e holle. The small clause subject and the sentential subject in, f.ex., It famke waard read om 'e holle ‘The girl blushed’ are semantically combined and get a part-whole interpretation ‘the girls head’. Next, the construction read om 'e holle is compared with a number of other A^P^DP-constructions: (i) adjective phrases like kant fan lea ‘lit. well-formed of limbs’, which are analysed as cases of predicate inversion as well (but with a DP-subject and an copula-like preposition fan), (ii) constructions with an adjective and a PP-complement (cf. grutsk op har bern ‘proud of her children’), (iii) constructions with an adjective and an a causal PP-adjunct (cf. sljucht fan ferealens ‘besotted with love’), and (iv) PPs with a modifying adverb (cf. kreas yn 'e klean ‘well-dressed’). The structural analysis of A^P^DP-constructions is complicated by the fact that many of them are idiomatic and syntactically frozen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
0. VoorafDit artikel is een kleine verkenning in de syntaxis van adjectieven. Hoewel de structuur van de adjectiefgroep de laatste tijd in het kielzog van de DP-hypothese wat sterker in de belangstelling heeft gestaan, bijv. in studies naar de | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 124]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
functionele projecties van het adjectief (o.a. Corver 1997), is de syntaxis van adjectieven ten dele nog braakliggend terrein. Eén aspect daarvan, de structuur van groepen die bestaan uit achtereenvolgens een adjectief, een voorzetsel en een substantiefgroep (A^P^DP), wil ik hier aan de orde stellen. Het uitgangspunt van mijn betoog vormt een speciaal type van A^P^DP-verbindingen in het (Westerlauwers) Fries, namelijk adjectiefgroepen zoals read om 'e holle, ‘met een rood hoofd; blozend’ (lett. ‘rood om het hoofd’). In paragraaf 1 geef ik een beschrijving van dit type verbindingen, in paragraaf 2 behandel ik het voorkomen van soortgelijke constructies in de andere Westgermaanse talen, en in paragraaf 3 geef ik een tentatieve analyse van de structuur van de constructie en maak ik een vergelijking met andere A^P^DP-verbindingen in het Fries. In paragraaf 4 rond ik het artikel af. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1. De verbinding read om 'e holle in het FriesEr bestaan in het Fries verschillende mogelijkheden om met behulp van een beschrijvend adjectief iets over de hoedanigheid van iemands lichaamsdelen te zeggen (en daarmee over iemand zelf). Vergelijk bijvoorbeeld de volgende zinnen met ankel ‘enkel’ en slop ‘slap’:
De eerste twee uitdrukkingsmogelijkheden zijn niet tot het gebruik bij lichaamsdelen beperkt, de laatste drie komen echter uitsluitend voor met benamingen van lichaamsdelen of, algemener, van inalienabilia (‘onvervreemdbaar bezit’).Ga naar voetnoot1 Ons interesseren hier in het bijzonder zinnen zoals die in (1d) en met name de daarin optredende A^P^DP-verbinding: zo op het eerste gezicht | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 125]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
een predicatief adjectief gevolgd door een locatieve voorzetselgroep die het bereik van de door het adjectief genoemde eigenschap tot één lichaamsdeel bepaalt. In de Friese taalkundige literatuur is deze verbinding tot nog toe niet uitgebreid behandeld. Zie voor een beknopte beschrijving, Hoekstra (1986). De keuze van het voorzetsel in de verbinding is bemerkt. De meest voorkomende preposities zijn yn ‘in’ en op ‘op’. Vergelijk:Ga naar voetnoot2
Daarnaast vinden we het opvallende voorzetsel om ‘om’ in combinatie met woorden voor het gezicht of delen daarvan:Ga naar voetnoot3
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 126]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Voorbeelden met andere voorzetsels komen voor, maar zijn betrekkelijk zeldzaam:
Het substantief in de verbinding is een woord dat onvervreemdbaar bezit in de ruimste zin aanduidt, d.w.z. in de eerste plaats menselijke lichaamsdelen zoals in de bovenstaande voorbeelden, maar ook adem en urine (vgl. (6)), lichaamsfuncties of lichamelijke eigenschappen (vgl. (7)), kleding of delen daarvan (vgl. (8)), lichaamsdelen en andere attributen van dieren (vgl. (9)) en onderdelen van voer- en vaartuigen (vgl. (10)):
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 127]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het aan het substantief voorafgaande bepaalde lidwoord is een zogenaamd ‘bezittelijk lidwoord’ of anaforisch artikel (vgl. Guéron 1985, Visser 1987). Dit artikel verschijnt typisch met alienabilia. Het treedt in het Fries ook op in zinnen als in (1c). In (1c) wordt het gebonden door een vrije datief, in de A^P^DP-verbinding in (1d) door het onderwerp. De A^P^DP-verbinding in (1d) kan net als het samengestelde adjectief in (1e) een overdrachtelijke betekenis krijgen: zowel slop yn 'e ankels als slopankelich kunnen behalve ‘met slappe enkels’ ook ‘onvast van karakter’ betekenenGa naar voetnoot4. Deze overdrachtelijke betekenis ontbreekt in (1c). Hoewel de A^P^DP-constructie waarschijnlijk nog productief is in het Fries, bestaan er | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 128]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
veel vaste, geconventionaliseerde verbindingen en, zoals ook al uit sommige van de voorafgaande voorbeelden is gebleken, zijn er veel verbindingen met een speciale, overdrachtelijke betekenis. Vergelijk daartoe ook nog:
Verbindingen van het type read om 'e holle hebben één eigenschap die ze van alle andere A^P^DP-verbindingen onderscheidt: het primaire accent valt in deze woordgroepen op het adjectief (READ om 'e holle). De andere A^P^DP-verbindingen die hieronder nog ter sprake komen, hebben het primaire accent | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 129]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
op het substantief met een meer of minder sterk secundair accent op het adjectief (bijv. KANT fan LEA ‘welgevormd van leden’). Tot zover de beschrijving van de primaire kenmerken van A^P^DP-verbindingen als read om 'e holle in het Fries.Ga naar voetnoot5 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2. Vergelijkbare verbindingen in andere Westgermaanse talenDat A^P^DP-verbindingen van het type read om 'e holle er in het (Westerlauwers) Fries uitspringen, is in de de eerste plaats te wijten aan het feit, dat deze verbindingen in het (standaard) Nederlands weinig voorkomen. Dat hangt mogelijk weer samen met het feit dat het Nederlands, net zoals het Engels, maar anders dan de andere Westgermaanse talen, geen anaforisch lidwoord kent. Flet gebruikt in plaats daarvan een bezittelijk voornaamwoord. Vergelijk:Ga naar voetnoot6
Alleen in vaste verbindingen verschijnt soms in het Nederlands een anaforisch lidwoord (vgl. Dat hangt me de keel uit) en zo vinden we ook een paar incidentele A^P^DP-verbindingen zoals wit om de neus en niet droog achter de oren (zie ook Haeseryn et al. 1997, 299-300).Ga naar voetnoot7 In het Nederduits/Nedersaksisch komen zowel het anaforische lidwoord als de hier behandelde A^P^DP-verbinding volop voor, de laatste ook met | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 130]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
het typische gebruik van het voorzetsel om. Ik geef hier in (13) een paar voorbeelden uit het Gronings (vgl. ter Laan 19522) en in (14) een tiental uit het Sleeswijk-Holsteinse Nederduits (met dank aan Peter Nissen):
Ook in het Noordfries, het Fries dat gesproken wordt in Duitsland aan de westkust van Sleeswijk-Holstein, treedt de constructie op. De volgende voorbeelden komen uit het Fering, het Noordfriese dialect van het eiland Föhr (vgl. Wurdenbuk 1986):
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 131]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
In het Hoogduits, dat eveneens het anaforische lidwoord kent, is de verbinding mogelijk:
Ik heb echter de indruk dat hij hier minder gebruikelijk is dan in het Fries en het Nederduits. Bovendien ontbreekt in het Hoogduits het gebruik van um in combinatie met woorden voor het gezicht of delen daarvan (weiß um die Nase ‘wit om de neus’ is, net als in het Nederlands, een uitzondering). Er lijkt zich dus wat deze constructie en zijn specifieke kenmerken betreft in de moderne Westgermaanse dialecten een Fries-Nederduits dialectcontinuum af te tekenen. Hierop duidt ook de soms woordelijke overeenkomst van een deel van de uitdrukkingen. De dialectale verbreiding van de verbinding en zijn eigenschapppen en gebruiksmogelijkheden in de verschillende dialecten verdienen echter een diepgaander onderzoek dan in het kader van dit artikel mogelijk is. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3. Analyse en vergelijkingIn deze paragraaf geef ik een tentatieve analyse van verbindingen als read om 'e holle in het Fries en vergelijk ik de constructie met andere A^P^DP-verbindingen. Voor de verbinding read om 'e holle dienen zich minstens twee analyses aan. Omdat de voorzetselgroep het adjectief (de adjektiefgroep) lijkt te modificeren, d.w.z. de extensie ervan beperkt, zou men als een eerste optie kunnen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 132]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aannemen dat de voorzetselgroep geadjungeerd is aan de adjectiefgroep. De structuur van de verbinding zou er dan als volgt uitzien:
Interessanter zou het echter zijn om de verbinding structureel te relateren aan zinnen als die in (1c), dus om Hy is read om 'e holle in verband te brengen met De holle is him read. In die laatste zin is sprake van een predicatierelatie tussen de holle en read. Wij zouden dat kunnen verantwoorden door aan te nemen dat beide elementen onderliggend in respectievelijk de specificeerderpositie en de complementspositie van een Small Clause staan (vgl. o.a. Stowell 1981, Kayne 1984, T. Hoekstra 1984). In De holle is him read is de holle dan uit de specificeerderpositie van de Small Clause naar de subjectpositie van de matrixzin verplaatst. Zouden we nu in Hy is read om 'e holle ook een predicatierelatie tussen de holle en read en daarmee een Small Clause kunnen aannemen? Dat is inderdaad mogelijk, als we ervan uitgaan dat in verbindingen als read om 'e holle predicaatinversie heeft plaatsgevonden, waarbij het predicaat read uit de complementspositie van de Small Clause (XP) naar de specificeerderpositie van een hoger gelegen functionele projectie (FP) is verplaatst (die dan op zijn beurt prediceert over het onderwerp hy in Hy is read om 'e holle): (18) [fp read [f' om + X.[j 'e holle [x. tj tfp]]]] De verbinding read om 'e holle zou daarmee een voorbeeld zijn van predicaatinversie in het adjectivale domein. Voor het verbale domein is predicaatinversie bekend uit copulaconstructies als The best candidate is John tegenover John is the best candidate zonder inversie (vgl. Moro 1997):
In de literatuur is betoogd dat ook in het nominale domein predicaatinversie kan plaatsvinden, bijv. in een constructie als (een) schat van kind (vgl. Bennis et al. 1997/1998, den Dikken 1998):
In deze constructie neemt het voorzetsel van de hoofdpositie van de FP in en fungeert als een soort nominale variant van de copula in (19). In (18) zou deze positie worden ingenomen door de voorzetsels yn, op of om. Het hoofd van de Small Clause (X) ondergaat hoofdverplaatsing en wordt aan F geadjungeerd. In (18) en (19) is dit hoofd leeg, in (20) neemt het de gestalte aan van het pseudo-lidwoord een. Voor een nadere motivatie van de betreffende structuren en verplaatsingsoperaties moet hier verwezen worden naar de genoemde literatuur. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 133]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Een analyse met predicaatinversie als in (18) is echter niet onproblematisch. In de eerste plaats is het een beetje verdacht dat het voorzetsel in de verbinding read om 'e holle kan variëren, ook al is die variatie beperkt. Er lijken bovendien selectierestricties te bestaan tussen voorzetsel en DP. Zo verschijnt het voorzetsel om, zoals we gezien hebben, vooral bij woorden voor het gezicht of delen daarvan. Dat is onverwacht, als de prepositie een copula-achtig element is. Als we van een analyse zoals in (18) uitgaan, dan voorspellen we bovendien dat de woordreeks P^DP, die in deze analyse geen constituent vormt, geen PP-verplaatsing en PP-pronominalisering kan ondergaan. In vele gevallen zijn PP-verplaatsing (extrapositie, topicalisatie en scrambling) en PP-pronominalisering inderdaad moeilijk tot slecht, maar het is de vraag of dit structurele oorzaken heeft en of niet eerder de verregaande lexicalisering van de meeste A^P^DP-verbindingen hier een hand in het spel heeft.Ga naar voetnoot8 Bij een min of meer transparante verbinding zoals die in (21a) is zowel PP-verplaatsing (21b-d) als PP-pronominalisering (21e) echter geen probleem:
Hoewel dit betekent dat de structuur in (18) niet correct kan zijn, is daarmee een analyse met predicaatinversie nog niet helemaal van de baan. We zouden namelijk ook kunnen aannemen dat de woordreeks P^DP inderdaad een PP-constituent is en wel het PP-subject van de Small Clause (XP). Het hoofd van de FP zou bij zo'n analyse leeg blijven. Het Small Clause-predicaat is over het PP-subject naar de specificeerderspositie van de FP verplaatst. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 134]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dat PP's als subject kunnen optreden, is niet algemeen aanvaard. Verbindingen van het type read om 'e holle kunnen misschien echter vergeleken worden met de A^PP-verbindingen in zinnen als in (22) (zie ook Broekhuis 1999, 333-337).
In Bennis & Wehrmann (1987) worden gepronominaliseerde PP's als hjir in (22a) en - impliciet ook - volle PP's als yn Alaska in (22b) als adjuncten geanalyseerd, die, doordat ze aan it, het syntactische subject van de Small Clause, gerelateerd worden, als het logische subject daarvan kunnen worden opgevat. Een probleem van deze analyse lijkt mij dat deze zogenaamde adjuncten, als het het volle PP's zijn (gepronominaliseerde PP's zoals hjir in (22a) worden verplicht gescrambeld), tussen het Small Clause-predicaat en het werkwoord kunnen staan, iets wat normaliter niet mogelijk is (vgl. *...dat het koud vorige week was). Vandaar zou ik hjir en yn Alaska liever als het syntactische (PP-)subject van de Small Clause willen opvatten. Net als in de verbinding read om 'e holle treedt in (22) verplicht predicaatinversie op. PP-subjecten van Small Clauses kunnen om niet helemaal duidelijke reden niet als subject van de zin voorkomen, zodat het Small Clause-subject hier niet tot zinssubject kan promoveren; zinnen als (23a) en (23b) zijn uitgesloten. De subjectpositie van de zin wordt derhalve in (22a,b) door een semantisch leeg voorlopig onderwerp it ingenomen.Ga naar voetnoot9 Routebeschrijvende PP's als oer Grins zijn (om al even onduidelijke reden) een uitzondering op de regel (vgl. Neeleman & Weerman 1999, 117-120): Ze kunnen optioneel in de subjectpositie van de zin voorkomen (vgl. (23c)):
Semantisch worden het PP-subject van de Small Clause en het zinssubject aan elkaar gerelateerd. Abstraherend van de precieze procedure betekent dat | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 135]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dat in (22) de plaatsaanduidende PP als het logisch subject van de zin wordt opgevat, terwijl in zinnen met de verbinding read om 'e holle het subject van de Small Clause en het subject van de zin samen een ‘deel van een geheel’-interpretatie krijgen (Jantsje is read om 'e holle betekent logischerwijze ‘Jantsje's hoofd/het hoofd van Jantsje is rood’).Ga naar voetnoot10 Merk tenslotte op dat ook het klemtoonpatroon in de FP's in (22) overeenkomt met dat in de verbinding read om 'e holle: Het adjectief krijgt een duidelijk primair accent (...dat it KÂLD yn Alaska is). Er is nog een ander type fan A^P^DP-verbindingen, dat voor een analyse met predicaatinversie in aanmerking zou kunnen komen, namelijk dat in (24) (vgl. Sipma 1949, 47; zie ook Broekhuis 1999, 461-463):Ga naar voetnoot11
De woordreeks P^DP bevat hier steeds het voorzetsel fan ‘van’ en een kaal substantief. Ook in (24) lijkt een predicatierelatie tussen substantief en adjectief te bestaan. De semantische overeenkomst met de verbinding read om 'e holle is vrij groot. De verbinding in (25a) kan bijvoorbeeld met die in (25b) geparafraseerd worden (even afgezien van het stilistische feit dat de laatste wat verhevener klinkt):
Voor de verbindingen in (24) ligt een analyse als in (18) meer voor de hand. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 136]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De prepositie is constant, nl. fan, en PP-verplaatsing (hier alleen geillustreerd aan de hand van PP-extrapositie) en PP-pronominalisatie zijn altijd slecht:
Daarom zou ik ook voor deze verbindingen een analyse met predicaatinversie willen aannemen, waarbij het Small Clause-predicaat kant over het Small Clause-onderwerp lea heen naar de specificeerderpositie van een FP is verplaatst, waarvan fan het hoofd is:
Nog meer als bij de verbinding read om 'e holle, speelt de geidiomaticeerdheid van de verbinding ons hier echter parten; het is moeilijk vast te stellen of de specifieke structurele eigenschappen aan de syntactische structuur of aan de geidiomatiseerdheid van de verbinding te danken zijn. De analyse met predicaatinversie die hier voor read om 'e holle en kant fan lea voorgesteld is, leunt daarom vooreerst sterk op theorie-interne opvattingen over de syntactische representatie van predicatie; harde empirische argumenten voor een Small Clause-analyse en tegen een analyse als in (17), waar om 'e holle (en fan lea) adjuncten zouden zijn, heb ik vooralsnog niet kunnen vinden. Van verbindingen als read om 'e holle en kant fan lea onderscheiden zich in ieder geval duidelijk verbindingen van een adjectief en een PP-complement zoals in (28):Ga naar voetnoot12
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 137]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zulke verbindingen hebben een structuur als in (29):
Dat op har bern hier een PP is, blijkt uit het feit dat PP-verplaatsing algemeen mogelijk is; in (30b) wordt dit geillustreerd aan PP-extrapositie. Ook PP-pronominalisatie is onproblematisch, zoals (30c) laat zien:
Adjectieven (adjectiefgroepen) met een daaraan geadjungeerde PP, dus met de struktuur in (17), die we voor verbindingen als read om 'e holle en kant fan lea voorlopig terzijde hebben geschoven, komen waarschijnlijk ook voor. Vergelijk daartoe de meer of minder geidiomatiseerde verbindingen in (31) met een oorzaakaanduidende fan-PP (zie ook Broekhuis 1999, 463-465):Ga naar voetnoot13
Dat we hier inderdaad met PP's te maken hebben, blijkt uit het feit dat PP-extrapositie zonder meer mogelijk is:
Het lijkt plausibel dat het hier, net als bij oorzaakaanduidende fan-PP's in het verbale domein (vgl. Mulder 1992, hdst. 7), om adjuncten gaat. Werkwoord- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 138]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
modificerende fan-PP's zoals in (33) staan zelfs verplicht in extrapositie:
Topicalisatie en scrambling zijn zowel bij adjectief- als bij werkwoordmodificerende fan-PP's uitgesloten:
De verklaring voor de onmogelijkheid van topicalisatie en scrambling is waarschjnlijk dezelfde als die voor het feit dat werkwoordmodihcerende oorzaakaanduidende PP's verplicht in extrapositie staan. De verbindingen in (31) hebben het primaire accent op het voorzetselvoorwerp, maar een sterke extra prominentie op het adjectief; ze vertonen hetzelfde klemtoonpatroon als adjectieven met een versterkend bijwoord (slim fereale ‘erg verliefd’) of een versterkend prefix (bijv. smoarfereale ‘smoorverliefd’). Hoewel bij deze geidiomaticeerde verbindingen in syntactisch opzicht het adjectief/werkwoord het hoofd is en de fan-PP een bepaling, zijn de semantische verhoudingen eerder andersom: sljucht fan ferealens en trilje fan lilkens betekenen eigenlijk zoveel als ‘vreselijk verliefd’ en ‘vreseliijk boos zijn’. Vanwege hun betekenis houden ze waarschijnlijk de volgorde {versterkend element - versterkt element} aan. Wanneer er geen sprake is van versterking (geidiomaticeerdheid) kan een oorzaakaanduidende fan-PP overal optreden, maar juist niet meer tussen het adjectief en het werkwoord:
In zo'n geval hebben we dan ook niet meer te maken met een A^P^DP-verbinding, maar met een zelfstandige adjunct-PP. Bij het laatste type van A^P^DP-verbinding dat ik hier ter sprake wil brengen, gaat het om gevallen als in (36):
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 139]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De verbindingen in (36) laten geen PP-extrapositie (of andere PP-verplaatsing) toe:
PP-extrapositie is gewoonlijk mogelijk met complement- of adjunct-PP's, maar niet met PP's die als (secundair) predicaat fungeren (vgl. T. Hoekstra 1984). Er is inderdaad reden om aan te nemen dat de PP's in (36) predicaten zijn en dat het bij deze verbindingen niet om AP's gaat, maar om PP's met een daaraan geadjungeerd bijwoord. Ze zouden dan de structuur in (38) hebben:
In gevallen als kreas yn 'e klean en fleurich op 'e trie is dat meteen duidelijk; de PP's yn 'e klean en op 'e trie kunnen ook zonder modificerend bijwoord voorkomen in repectievelijk de betekenissen ‘in de kleren, (aan(gekleed’ en ‘opgewekt’. Uitdrukkingen als fleurich op 'e trie onderscheiden zich door de klemtoon op het substantief en doordat de PP zelfstandig in min of meer dezelfde betekenis kan voorkomen van A^P^DP-verbindingen als die in (39), waar de klemtoon op het adjectief valt en waar de PP niet zelfstandig een predicatieve functie kan hebben:
De verbindingen in (39) moeten dus tot het type read om 'e holle worden gerekend. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 140]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De verbindingen in (36b) vertonen op het eerste gezicht overeenkomst met die in (24). Er bestaan echter verbindingen van hetzelfde type met een onmiskenbaar bijwoord. Vergelijk:
Sommige A^P^DP-verbindingen van het type in (36) zijn ook te herkennen aan het feit dat ze met het koppelwerkwoord sitte ‘zitten’ inplaats van wêze ‘zijn’ gecombineerd worden; sitte verschijnt gewoonlijk met PP-predicaten (vgl. Der sit in gatyn 'e hoas ‘Er zit een gat in de kous’):
Een probleem is dat in meerdere verbindingen van het type in (36) de PP niet zonder een begeleidend bijwoord kan optreden, zodat deze niet altijd zonder meer als de predicatieve kern van de verbinding te herkennen is (*yn steat, *fan oannimmen). | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4. ConclusieIn dit artikel heb ik een bijzonder type van A^P^DP-verbindingen in het (Westerlauwers) Fries aan de orde gesteld, namelijk uitdrukkingen zoals read om 'e holle ‘met een rood hoofd; blozend’. Dit type verbindingen lijkt vooral sterk verbreid te zijn in het Fries-Nederduitse taalgebied. Ik heb ze voorlopig geanalyseerd als gevallen van predicaatinversie in het adjectivale domein en heb betoogd dat de woordreeks P^DP in deze verbindingen een PP-subject is. Door hun klemtoonpatroon - ze hebben primair accent op het adjectief - onderscheiden ze zich duidelijk van andere A^P^DP-verbindingen, d.w.z. van een tweede verbinding met predicaatinversie (waar de DP het subject is en P een copula-achtig voorzetsel), van verbindingen van een adjectief en een PP-complement, van verbindingen van een adjectief en een PP-adjunct en van PP-predicaten met een modificerend bijwoord. Deze andere A^P^DP-verbindingen konden in het kader van dit artikel niet uitputtend worden behandeld en ook bij de verbinding read om 'e holle blijven enige vragen open. Een probleem bij de structurele analyse van A^P^DP-verbindingen vormt de sterke | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 141]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
geidiomaticeerdheid van de meerderheid daarvan; hierdoor wordt het toepassen van de gebruikelijke syntactische tests bemoeilijkt. Nader onderzoek naar specifieke eigenschappen van A^P^DP-verbindingen (bijv. naar het opvallende klemtoon patroon van read om 'e holle) is daarom geboden. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Literatuur
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 142]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|