Print De Taalgids. Jaargang 2(1860)– [tijdschrift] Taalgids, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Vragen. 19.Is de bewering, dat onze taal vijf in plaats van vier naamvallen bezit, gegrond of niet? G. te B. 20.Moet men schrijven: druisen of druischen, Zutfen of Zutphen, droomig of droomerig, stootig of stooterig? V.Z. 21.Men vraagt eenige opmerkingen en regels voor het gebruik van kapitale of hoofdletters? B.T. 22.Is de verbuiging met drie gevallen of met vier naamvallen te verkiezen voor eene lagere school? 23.Moet men schrijven: zamen of samen. V.Z. Vorige Volgende