De Revisor. Jaargang 10
(1983)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 2]
| |
[1983/2]Wagner en de literatuur
| |
[pagina 3]
| |
Couperus opgenomen, die een ironiserende samenvatting van het verhaal bevat en overigens typerend is voor de geborneerde reactie van een aantal vooraanstaande Nederlandse literatoren, die Wagner zijn literaire talent misgunden. Was Couperus evenmin als Van Eeden bereid - of in staat - Wagners metafysica serieus te nemen, dat hij in formeel opzicht sterk door hem beïnvloed is, wordt door Jan Fontijn aannemelijk gemaakt. Enerzijds verwijt Couperus Wagner dat hij zich niet tot de muziek beperkt en het terrein van de dichter betreedt; anderzijds maakt hij zich in omgekeerde richting aan dezelfde grensoverschrijding schuldig door bij de compositie van De Boeken der kleine zielen gebruik te maken van muzikale technieken.
Een van de interessantste aspecten van de figuur van Wagner is dat hij niet alleen in de muziekgeschiedenis, maar ook in de literatuurgeschiedenis een sleutelpositie bekleedt. Hij werd aan de ene kant gevormd door de
Wagner gefotografeerd in Parijs, febr./maart 1860
literatuur die hij las: de Griekse tragici, de middeleeuwse heldensagen, Shakespeare, de poëzie van de Duitse romantiek, de filosofie van Feuerbach en Schopenhauer.Ga naar eindnoot2 Hoezeer Wagners vermogen om in hoog tempo een breed scala van literaire en filosofische invloeden op te nemen zijn werk heeft bevrucht en soms ook verward, wordt door Gerhard Kluge duidelijk gemaakt in zijn studie van de verschillende pogingen die Wagner ondernam om de Ring te sluiten. Aan de andere kant heeft geen musicus ooit zoveel invloed op de wereldliteratuur uitgeoefend als juist Wagner. Het Franse symbolisme beriep zich op hem, de decadenten en estheticisten imiteerden en parodieerden hem. Maar ook de modernisten - Proust en Virginia Woolf zijn duidelijke gevallen - hebben zijn invloed verwerkt. Opvallend daarbij is de figuur van T.S. Eliot. In zijn bijdrage, die voornamelijk een literatuurstudie is, gaat Léon Stapper na op welke wijze Eliots belangrijkste gedicht van Wagner is doordrenkt. Juist op het terrein van Wagners invloed op de literatuur zijn de laatste jaren een aantal nieuwe studies verschenen die een belangrijke aanvulling betekenen op de standaardwerken van Jäckel en Koppen.Ga naar eindnoot3 De rol die Wagner in de Nederlandse literatuur heeft gespeeld is nog nauwelijks onderzocht. In het Forum-milieu werd hij uiteraard niet gewaardeerd, maar van een serieuze confrontatie kan men niet spreken. Vestdijk heeft zich nauwelijks over Wagner uitgelaten; Ter Braak heeft, zoals Chris Engeler laat zien, tamelijk volgzaam de stelling van Nietzsche betrokken. Bij de tachtigers en de naturalisten is wel van intensieve Wagner-receptie sprake geweest, maar ook daarvan is nog weinig onderzocht. Jan Fontijns artikel ‘Wagner en de literatuur’ in De Revisor van februari 1976 vormt een belangrijke aanzet, waarop door zijn bijdrage in dit nummer wordt voortgebouwd.Ga naar eindnoot4
W. Bronzwaer |
|