Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 2005 (nrs. 109-112)(2005)– [tijdschrift] Raster– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 78] [p. 78] Marianne Moore In de dagen van prismatische kleur niet in Adam en Eva's dagen, maar toen Adam alleen was; toen er nergens rook was en kleur fijn was, niet met de verfijning van vroege beschavingskunst, maar vanwege zijn oorspronkelijkheid; door niets te beïnvloeden dan de oprijzende nevel, alle mogelijke invalshoeken kwamen uit de haakse; heldere varianten en verklaarbaar: het is niet langer zo; en de blauw-rood-geel fonkelende band, die kleur is, behield evenmin zijn strepen: ook dit is een van die dingen waarin men veel kan lezen van een eigen aard; complexiteit is geen misdaad, daar voorbij dreigt echter troebelheid en niets blijft helder dan. Én complexiteit, die zich met duisternis verbindt, zich niet de vrijheid gunt de plaag te zijn die ze is, dart rond als om ons in de war te brengen met het armzalig misverstand dat koppigheid de maatstaf voor prestaties is en waarheid hand in hand met duister gaat. Voor alles keel blijft sofisterij wat ze al- tijd al was - aan de antipoden van de grote eerste waarheden. ‘Eén deel kroop, een deel kroop bijna en de rest lag slap in het hol’. Het schokkerig gaan op korte poten, het gorgelend klokken, elk miniem detail - we zien hier het klassieke Vorige Volgende