Proeve van oudheid-, taal- en dichtkunde
(1775)–Anoniem Proeve van oudheid-, taal- en dichtkunde– Auteursrechtvrij
[pagina 147]
| |
Over komen doen, en komen te doen.Iets komen doen, en komen te doen, zijn twee zeer onderscheidene spreekwijzen. Er is geene reden, om de eerste af te keuren, wanneer er een wezendlijk komen van de eene plaats naar de andere, of de vertooning daar van, bedoeld wordt: gelijk ik dit gezegde van den welsprekenden P. Francius (gelijk hem Ten Kate noemtGa naar voetnoot(a), en Kl. BruinGa naar voetnoot(b)), niet wraak: Dit werk, dat ik Uwe Wel Edelh. met alle eerbiedigheidt op kom draagenGa naar voetnoot(c). Noch ook dit van OudaanGa naar voetnoot(d): waar bij komende, dat hen (de wijzen uit het Oosten) eindelijk een star tot deze starre koomt geleiden. - Doch, wanneer er de zin niets klaarder of kragtiger, maar, in tegendeel, iets loomer en lammer door wordt, moet men ook dit komen doen dikwerf voor eene overtol- | |
[pagina 148]
| |
lige uitrekking houden, die door een net en kragtig dichter en redenaar vermijd moet worden. Dus is het, mogelijk, gesteld met dit van VondelGa naar voetnoot(e):
Of d'ouderdom komt bloet, van minne wars,
En 't vier verkoelen.
De andere spreekwijs, met te er tussen, gebruikt Vondel dusGa naar voetnoot(f):
Gebeurde 't ooit voorheen, gelijk men zegt, dat naemen
Met dienze droegen, en bunn' aart en daaden quaamen
Te stemmen, enz.
OudaanGa naar voetnoot(g): Andere schrijvers, welke ik er op quam na te zien. EnGa naar voetnoot(h): Dewijl de uytbeeldingen - wel eenige omzichtige navorschingen komen te vereysschen. EnGa naar voetnoot(i): Hoe komt zig dan Balbinus van dit cieraad te onthouden? En FranciusGa naar voetnoot(k): Vreemd zal het allen voorkomen, dat ik - nu in die taale koome te schrijven. EnGa naar voetnoot(l): Wen hij Hollands quam te spreken. | |
[pagina 149]
| |
EnGa naar voetnoot(m): Al wat 'er in de waereldt is, hoe goedt het ook zij, kan quaadt en schadelijk worden, wen 't in quaade handen komt te vallen. - Dit komen te doen, wordt, zoo wel, als komen doen, spreken, enz. ongenadig afgekeurd en verworpen door J. NyloëGa naar voetnoot(n), en anderenGa naar voetnoot(o): doch beide kan het eene goede, en onderscheidene beteekenis hebben; mids men oplette, dat in komen te doen iets hachlijks of gebeurlijks moet plaats vinden, en dat de zin van, hij kwam te slaan, zijn moet, het gebeurde, dat hij sloegGa naar voetnoot(p). Waar dit niet te pas komt, daar is dit komen te - ook lam en overtollig; gelijk in verscheidene der straks gemelde voorbeelden; en gelijk het den stijl der Advokatenen Pleitbezorgers op elke blad zijde meer malen ontsiert.
M.T. 1774. |
|