Princesse Liet-boec
(2007)–Willem Reyers de Lange, Anoniem Princesse Liet-boec– Auteursrechtelijk beschermd[Sappho aan Phaon] [editie]Sappho schrijft aan Phaon,
op de melodie van Almande de fleur Ik heb heel veel verdriet,
want liefste, jij wil weg bij mij
en ik huil tranen met tuiten,
wat moet ik nou toch doen?
Mijn levenslust verdwijnt en mijn hart krimpt ineen,
mijn liefste lief is weggegaan.
Hoe bang werd ik
toen ik dit vreselijke bericht kreeg!
Echt hoor, jij bent zo knap
dat ik meteen verliefd op je werd.
Je mooie lijf
zie ik voortdurend in mijn gedachten
en onze eerste nachten samen
bevielen me heel erg goed,
maar jij beloonde mij met haat!
Je laat je liefde wel erg eigenzinnig blijken,
ik vind dat dat niet kan,
lieveling.
| |
[pagina 48]
| |
Weet je nog wel wat je beweerde
toen wij nog samen waren?
Ik was een koning waard,
dat heb je gezegd!
Hoe komt het dat je opeens een hekel aan me hebt
en niet eens meer met me wil vrijen?
Wat heb je me aangedaan!
Alsjeblieft, denk er nog eens goed over na
en kom toch terug,
mooi liefje van me,
dan kan ik weer vrolijk worden,
dat vraag ik je met klem.
Goed, ik heb al eerder geklaagd
als een onschuldig kind,
maar al ben ik klein en heb ik een bruine huidskleur,
keer je daarom niet van me af!
Het doet me zo'n pijn
als je zo ver weg van me bent.
In het bos kwam ik op dezelfde open plek
waar we samen heerlijk in het groene gras
hebben gelegen.
Het gras was nog platgedrukt
en geplet onder ons gewicht,
daar had ik je lieve gezicht bekeken
terwijl je tegen me aan lag.
Hoe kan je zo lichtvaardig
van me weggaan
en me in grote nood achterlaten?
Ik wil niet langer leven,
ik verlang naar de dood
en ik smeek je, allerliefste,
kom in je liefjes schoot,
want ik verlang zo naar je!
Mooie liefste, kom toch terug
want ik verlang hartstochtelijk naar je, liefste,
in alle deugd en eer.
Had toch tenminste eerst adieu gezegd
toen je afscheid ging nemen.
Ik had deze wreedheid,
liefste, niet van je verwacht.
| |
[pagina 49]
| |
Je hebt me niet eens gekust
en daar ben ik ongerust over.
Ik ben heel erg verliefd,
maar mijn liefde wordt niet beantwoord.
Ik maak me niet eens meer op
zoals ik gewend was
als ik met je ging wandelen
in het groen, mooie liefste.
Voor wie zou ik me parmantig
naar de gebruiken van het land
vol trots met goud moeten versieren?
Die mij behaagt die is weg
en ik blijf vol ellende
branden in Venus' vuur.
Prins
O Phaon, wees me niet ontrouw,
kies in mijn plaats geen andere vrouw!
Ik beschouw je als mijn geliefde,
help mij uit deze nood.
Venus die zal je goedgezind zijn
als je weer bij me terugkomt.
Verlos me van deze pijn
voordat ik helemaal wegkwijn.
Mijn trouwe liefde zal blijven bestaan,
voor jou alleen.
Dit wil ik op papier hebben staan.
Help me uit deze ellende,
wees niet zo hard
en liefste, maak me weer gelukkig.
Ik kerm en klaag, ach en wee,
o allerliefste lief, kom toch terug
en hou van me
zonder me te bedriegen.
Phaon beantwoordt Sappho,
op de melodie van Almaigne Amoureus Ach liefste, ik heb het gelezen,
je brief is aangekomen.
Maar ik word er niet vrolijk van
dat je zo klaagt!
| |
[pagina 50]
| |
Waar ben je zo bang voor,
allermooiste bloem?
Het zijn maar waanbeelden
dat ik gek ben op andere vrouwen.
Jij alleen spant de kroon,
mooie Sappho,
en daarom, allerliefste, ben ik verliefd op je.
Smacht dus niet meer zo,
ik zal heus wel zonder veel moeite
mijn weg naar je vinden,
lief eerlijk mens.
Hoe zou ik je toch kunnen vergeten,
liefste? Neem van me aan
dat ik veel van je hou, mooiste bloem.
Door mijn oneindig grote liefde
kan ik helemaal niet meer
eten en drinken,
omdat ik jou niet kan zien.
Met alle geweld kom ik eraan
nog vóór je mij verwacht.
Neem dat van me aan,
allerliefste, en klaag niet meer
en huil niet meer
en zucht en steun niet meer!
Ik zal, edele prinses,
dag en nacht aan je denken.
O lieve Venusvrouw,
wees niet langer bang en bedroefd.
Vertrouw gerust op mij,
want ik zal je niet verlaten.
Je zware benauwenis
zal ik wegnemen
en ik zal bij je blijven.
Wanhoop niet!
Je mooie jonge jeugd
heeft me blij gemaakt
en ook je eer en deugd
die maken me gelukkig.
Je sprankelende ogen,
je fijne rode lippen
| |
[pagina 51]
| |
en ook je stralende gezicht,
die zijn het toppunt van genot!
Prinses
Liefste prinses,
ik smeek je, wees niet ongerust.
Stop met verwijten
en denk om je geliefde.
Luister naar mijn woorden,
anders ben ik verloren.
Je bent geboren
om lief te hebben,
je bent al mijn plezier,
je bent het die me blij maakt,
je bent beslist de mooiste
van de hele wereld,
en je bent mijn allerliefste,
mijn sterven en mijn leven.
Ik zal naar je toe komen,
wacht nog maar heel even.
|
|