Kleine handleiding bij mijn begrafenis
Wie in zee begraven wordt, gaat nooit verloren.
De zee is spaarzaam als een dichter.
En ik was aan zee en ik was op een berg:
twee eeuwenoude makkers.
Wie op een berg begraven wordt,
snakt nog naar lucht.
De hoogmoed van zo'n lijk moet weg.
Hij krijgt de hemel op zijn kop.
Wanneer men mij per se begraven wil,
dan liefst niet al te ver van zee,
deemoedig bij een koeieflats
of pal onder een ezelsdrol.
Ik bleef zo lang gezond, zo lang in leven,
doordat ik steeds beleefd was voor de dood,
hem vereerde, respecteerde
en hem altijd aansprak met U.