3. Publiekstheater: ‘De weerstaanbare opkomst van Arthuro Ui’.
Richard III toont ons de opkomst en ondergang van de tiran, Brecht toont in Arthuro Ui alleen ‘de weerstaanbare opkomst’, omdat achter Ui de dictator Hitler zit en Brecht het stuk schreef in 1941 toen de macht en de overwinningsroes pas was begonnen. Hij wilde een parabelstuk schrijven ‘met de bedoeling om het gangbare riskante respect voor de grote moordenaars te vernietigen’. Het Publiekstheater bracht van dit stuk een opvoering onder regie van Fritz Marquardt en decor en kostuums van Henning Schaller. In het begeleidend tekstboekje verwijst de regisseur in zijn inleiding: ‘Bij deze voorstelling naar Richard III van Shakespeare: ‘Artuhro Ui heeft geen moment het intellectuele emotionele of poëtische nivo van Shakespeares Richard III, die voor verschillende scènes model stond’.
Cees Linnebank wist in de rol van Arthuro Ui een geslepen figuur gestalte te geven op de rand van het lugubere en lachwekkende, een figuur tussen de vieze man van Van Kooten en de typeringen van Charlie Chaplin maar met genoeg eigenheid zodat niet het komische te overheersend was. Het decor had iets van het kille, grijze, grauwe van een ondergrondse kelder of parkeergarage. De scènes werden gevolgd door een tekstband boven het toneel waarop de geschiedkundige feiten uit Duitsland rond de machtsovername van Hitler en zijn trawanten. In de Proloog worden de personages en de scènes, als door een circus-stalmeester (John Kraaykamp sr.) aangekondigd zoals: het doksteunschandaal, het testament van Dogsborough, het grote pakhuisbrandproces, moord op Ernesto Roma, afpersing en moord op Ignatius Dullfeet en verovering van de stad Cicero door gangsters. Dit zijn telkens duidelijke verwijzingen naar toestanden en gebeurtenissen in Duitsland van toen, maar dan getransporteerd naar een kleinere kring zoals Brecht ook zelf aangeeft: ‘De cirkel is met opzet krap getrokken: ze is beperkt tot het nivo van staat, industriëlen, grondbezitters en kleinburgers’.
De voorstelling als geheel was boeiend ofschoon bepaalde onderdelen zwak bezet waren en bijv. een vergaderscène op het einde van het stuk amateuristisch overkwam. Daarentegen waren er ook kostelijke taferelen zoals de lessen van de toneelspeler aan Ui (Kraaykamp-Linnebank) en de condoleance-scène met Ui en Mevrouw Dullfeet (Annet Nieuwenhuyzen).
Drie tirannen van verschillend allooi om de toeschouwer een spiegel voor te houden om waakzaam te zijn, want crisistijd is een vruchtbare bodem voor dictators en op macht en zgn. orde beluste personen. Orwell 1984!
Piet Simons