tijdschriften en boeken
Uit het archief van Frans van Cauwelaert.
1. Gedenkschriften over Vlaamse Beweging en Belgische Politiek 1895-1918.
Frans van Cauwelaert is een van de belangrijkste Belgische politici van deze eeuw geweest. Als leidinggevend Vlaamsgezinde was hij, aldus de historikus dr. H.J. Elias - bepaald geen vriend van Van Cauwelaert -, ‘wellicht de belangrijkste Vlaamse figuur uit de eerste helft van de twintigste eeuw’ (in De Standaard van 11 juni 1970, aangehaald in de inleiding tot het hier besproken boek, p. 5). Wie zich verdiept heeft in de geschiedenis van de Vlaamse Beweging, zal deze uitspraak geredelijk kunnen onderschrijven. Van Cauwelaert is onder de Vlaamsgezinden ook een van de meest omstreden figuren geweest. Bij de gematigden in de beweging, met name bij zijn katolieke volgelingen, was zijn gezag bijzonder groot en in de jaren twintig zelfs vrijwel onaantastbaar, door vele radikalen - Vlaamsnationalisten - werd hij verguisd als geen ander, en wel in een even grote mate als fervente tegenstanders van de beweging hem, vooral in de jaren twintig, verketterden. Zoals gezegd, was Van Cauwelaert één van de belangrijkste Belgische politici van deze eeuw. Zijn grootste betekenis, ook voor de Belgische politiek, ligt echter in de rol, die hij als voorman van de Vlaamsgezinden speelde. Het is ook in deze hoedanigheid, dat hij een kontroversionele figuur was, in het oordeel van tijdgenoten en achteraf.
De hierboven geciteerde uitspraak van een gezaghebbend historikus als Elias betekent niet, ook al geeft die uitspraak op zichzelf misschien een communis opinio weer, dat over de rol, die Van Cauwelaert in de beweging gespeeld heeft, over de resultaten, die hij geboekt heeft, een eensgezinde mening zou bestaan. Een uitvoerige en werkelijk grondige studie over deze figuur ontbreekt tot dusver. De opsomming van verhandelingen over hem (zie blz. 6 van het besproken werk) biedt een wel bijzonder magere indruk. De hoeveelheid ervan is omgekeerd evenredig aan Van Cauwelaerts betekenis.
Historici die de geschiedenis van de Vlaamse Beweging behandelden konden er moeilijk omheen een oordeel te geven over Van Cauwelaerts leiderschap van de Vlaamse Beweging, maar dat oordeel moest wel een voorlopig karakter dragen en bijgevolg onvolledig zijn, omdat we tot dusver vrijwel alleen beschikten over eksterne bronnen over zijn leven en handelen, nl. de publiciteit van en over hem en de publieke neerslag van zijn politieke daden. Voor wie de geschiedenis van de Vlaamse Beweging in deze eeuw konsciëntieus tracht te bestuderen, is het bijzonder moeilijk een enigszins zeker oordeel over zijn rol te vellen. Ik heb de passages nog eens nagelezen, waarin ik in mijn eigen studie over het Vlaams-nationalisme de betekenis van Van Cauwelaert heb geschetst en beoordeeld. Het viel me op, dat ik over geen enkele figuur met zoveel slagen om de arm oordeelde als juist over Van Cauwelaert.
Het is trouwens opmerkelijk te konstateren, dat we de Belgische politieke geschiedenis van de 20e eeuw beter kennen naarmate het gebeuren op groter afstand van het centrum van de politieke machtsuitoefening plaats vond, m.a.w. over randverschijnselen is relatief meer gepubliceerd dan over centrale verschijnselen. Aan het Daensisme en de hoofdfiguren ervan is in de laatste jaren een aantal studies gewijd, maar hoeveel historische studies zijn er over de katolieke partij in de twintigste eeuw? De geschiedenis van de Vlaamse Beweging is diepgaander en uitvoeriger bestudeerd dan de algemene Belgische geschiedenis. Bij de Vlaamse Beweging van deze eeuw is dan weer naar verhouding de meese aandacht besteed aan de radikale vleugel, het Vlaams-nationalisme.
Het is daarom bijzonder verheugend, dat tans de belangrijkste stukken uit Van Cauwelaerts archief bewerkt en gepubliceerd werden door de Leuvense historikus prof. dr. Reginald de Schryver. Ze verschijnen in vermoedelijk vier delen in de serie Mens en tijd, onder redaktie van prof. dr. K. van Isacker uitgegeven door De Nederlandsche Boekhandel. Dit eerste deel bevat de gedenkschriften, die Van Cauwelaert in de jaren vijftig opgesteld heeft over de periode 1895-1918. Hierbij zijn gevoegd een kort verslag (2 blz. druk) uit 1907 over een bezoek aan kardinaal Mercier en een dagboek uit de eerste wereldoorlog. De drie volgende delen zullen de dagboeknotities uit de jaren 1921-1961 (1 deel) en een keuze uit de briefwisseling (2 delen) bevatten.
Het ‘oorlogsdagboek’ beslaat slechts 36 blz. druk, voor het merendeel notities uit de jaren 1915 en 1916. Het werd met grote tussenpozen bijgehouden. Met name belangwekkend zijn enkele notities uit 1915 over de ontwikkelingen rondom het dagblad van de Vlaamsgezinde uitgewekenen in Nederland, ‘De Vlaamsche Stem’, een belangrijke episode in de breuk tussen aktivisten en passivisten. De rest van dit deel wordt ingenomen door de ‘Gedenkschriften over Vlaamse Beweging en Belgische politiek’ (de titel is door de bewerker eraan gegeven). Meer dan 200 bladzijden van de tekst gaan over de jaren vóór 1914. Ze bevatten twee verhandelingen, ‘Vlaamse strijd en Vlaamse gedachte aan het eind van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw’ en ‘Herinneringen aan de algemene politiek in de jaren 1910-1914’. De oorlogstijd beslaat, het oorlogsdagboek meegerekend, minder dan 140 bladzijden. De hoofdmoot van dit gedeelte wordt gevormd door de ‘Herinneringen aan de oorlogstijd in Nederland’. Als geheel zijn de gedenkschriften voor een groot deel onvoltooid gebleven.
Van Cauwelaert was er lange tijd niet toe geneigd zijn memoires te schrijven. Hij had, zoals hij in het woord