Nog eens de open universiteit.
Een tiental maanden geleden hield ik in dit tijdschrift (14e jrg., nr. 2), naar aanleiding van de officiële start in Engeland van de ‘Open University’, een kort pleidooi voor de totstandkoming van een gelijkaardige instelling in het Nederlandse taalgebied. Zowel om financiële, materiële en technische redenen als om zuiver kulturele redenen leek het mij wenselijk dat Noord en Zuid hier zouden samengaan om versnippering van krachten te vermijden. Ik betreurde het alvast dat van Belgische zijde, bij de eerste besprekingen van het plan, niet onmiddellijk gedacht werd aan een samenwerking Vlaanderen-Nederland en ik sprak derhalve de hoop uit dat in het Noorden (waar reeds geruime tijd over de organisatie van universitaire televisiekursussen gesproken werd) de zaken breder zouden opgevat worden.
Niet gering was mijn ontgoocheling, toen ik onlangs kennis kreeg van de Nota over de instruktieve omroep, die de Nederlandse regering ter algemene diskussie had laten verspreiden en die in het bijzonder aan een aantal advieskommissies werd voorgelegd. Het stuk gaf weliswaar een gedegen indruk (duidelijke bepaling van het begrip ‘instructieve omroep’, grondige bespreking van het nut voor onderwijs en volksontwikkeling, overzicht van de organisatorische aspekten, voorstellen i.v.m. zendtijd, financiering en wettelijke regelingen, enz.), maar repte met geen woord over de mogelijkheid van een overleg met het Zuiden. Noch ons Ministerie van Nationale Opvoeding en Nederlandse Kultuur, noch onze B.R.T., noch onze universiteiten bleken in aanmerking te komen voor het uitwerken van verdere plannen.
De Nederlandse bewindslieden gaan dus hun eigen gang. Zij hopen in 1974 klaar te komen met een derde T.V.-net, waardoor afzonderlijke ruimte verschaft wordt voor de instruktieve programma's op daarvoor bij uitstek geschikte dagen en uren.
Na het falen van de poging om te komen tot één universiteit voor Belgisch-Limburg en Nederlands-Limburg is dit, in korte tijd, de tweede ontmoedigende ervaring op het stuk van hoger onderwijs-samenwerking in Noord en Zuid. Jammer echt jammer!
Dr. Karel De Clerck