Stemmen in een literaire mist.
Een dorpsomroeper kondigt op één dag twee zeer verschillende zaken aan: zowel de dood van Seraphina Elvira Hunnebed, 86-jarige kruidenzoekster en ziekenverzorgster, een stinkend en tandeloos wijfje, als het huwelijk van de frisse maagd Vergeetmijnietje Duivebrood met de ferme jongeman Onanias Eikeltak. Deze konjunktie van dood en leven is het beginpunt van de gebeurtenissen waarmee Jacques Hamelink zijn ‘mysteriespel voor stemmen’, De betoverde bruidsnacht vulde (verschenen in 1970 bij De Bezige Bij).
Hij voegde met dat spel een nieuw genre bij zijn poëzie en proza en hij had dat niet moeten doen. Dramatische teksten worden in ons ongelukkige taalgebied toch al zo vaak geschreven door dichters en romanciers die eens wat anders willen. Het drama eist van de auteur andere vaardigheden dan verhaal of gedicht doen, zelfs al is het een stemmenspel. Zulke auteurs beseffen dat te weinig, hoe groot hun verdiensten als prozaïst of dichter ook zijn. Dat ik Hamelinks talent op andere dan dramatische gebieden niet betwijfel, heb ik wel duidelijk gemaakt in Ons Erfdeel van juni 1970.
Naar tema en sfeer past De betoverde bruidsnacht uitstekend in Hamelinks werk: het menselijk bestaan wordt herleid tot een elementaire vorm, de dorpsgemeenschap die dicht bij de natuur leeft. De natuur zit vol magische krachten. Oude vrouwen goochelen met geheimzinnige kruiden en beheksen de grenzen van leven en dood. Een zwoele, bedwelmende geur stijgt op uit de weelderige plantengroei van een kerkhof en wie daarin verstrikt raakt, ontkomt niet aan zo'n betovering, zelfs Onanias niet in zijn bruidsnacht.
Het verhaal in dit mysteriespel is vrij eenvoudig. Na de dubbele aankondiging van de omroeper nemen oude vrouwen de touwtjes in handen. Terwijl Onanias Eikeltak van zijn vrienden te verstaan krijgt dat zijn achternaam nu zwaarder moet wegen dan zijn voornaam en de schuchtere Vergeetmijnietje wordt opgetuigd door moeder, zusters en vriendinnen, verzorgen de oude vrouwen het lijk van Seraphina. Zoals alle ouden in het dorp, herinneren zij zich nog hoe beeldschoon de dode was in haar jeugd. Die herinnering leeft het sterkst bij de Sprookspreker, de blinde dichter en kommentator bij het spel:
Maar ik, sprookspreker, herinner mij haar.
Ze was eens achttien, prinses over haar jaren,
Een meisje van roosmarijn en klaver, plezierig
Om te zien als een veld boekweit in bloei.
Over haar lichaam ware veel te zeggen -
Eens terwijl zij zich baadde, naakt in de beek
die door het bos achter het dorp stroomt,
Zag een strikken zettende jonge stroper haar.
Laat ik volstaan met te vermelden dat haar buik
Een ronde vaas bleek en haar dijen twee jeugdige hardlopers -
Weeklagend tooien de oude vrouwen die Seraphina nu in haar bruidskleed en zij geven haar de karnoffel mee, die bruidsbloem en doodsbloem tegelijk is. Ook Vergeetmijnietjes bruidstoilet wordt met die bloem versierd, wat een magische verbinding legt tussen begrafenis en bruiloft.
Op het midden van de dag komt de Zwarte Man met de Aarden Stem, de Dood zelve, Seraphina halen. Maar hij legt haar niet in de kist. Hij neemt haar voor zich op zijn paard en op het kerkhof moeten de twee ontzette doodgravers een lege kist begraven. De in het wit geklede vrouw die bij de zwarte man op het paard zit, herkennen zij niet. De oude vrouwen, uitgelaten na die schijnbegrafenis, overvallen en verstoren met heidense vrolijkheid de huwelijksinzegening door de drankzuchtige pastoor Rozekrans en heel de verdere bruiloft verloopt zoals zij dat willen.
Zij zorgen voor een toverbrouwsel dat alle aanwezigen in een roes van wazige vrolijkheid brengt, zodat bijna niemand merkt dat de zwarte man en zijn bruid, die een woeste dans leiden, niet Onanias en Vergeetmijnietje zijn. Die laatste ligt, overvallen door een plotselinge zwakte en door koorts, in bed en de brave Onanias zit er verslagen naast: daar gaat zijn bruidsnacht de mist in. Maar hij treurt te vroeg. Iets lokt hem naar buiten. De oude vrouwen verdringen zich om Vergeetmijnietjes bed, terwijl de zwarte man op Onanias plaats gaat zitten. De bruiloftgasten zijn geveld, want alle water was door een wonder in wijn veranderd. Dolend over het kerkhof hoort Onanias een vrouw die hem roept en in de bruid die hij daar ontmoet, kan hij alleen maar Vergeetmijnietje zien, die nu tot zijn verrassing hartstochtelijker en mooier blijkt dan hij gedacht had. Met haar vrijt hij op het bladerdek, tussen bloemen en graven en ze zijn aan elkaar gewaagd, Onanias en de vrouw die wil dat hij haar deze nacht Seraphina noemt. Als Onanias uitgeput is, verschijnt de zwarte man weer, die hem diep laat slapen en haar meeneemt naar haar nog lege graf.
De volgende morgen komt een opgetogen Onanias thuis, vol van een bruidsnacht waar de bruid zich niets van herinnert. Haar moeder speelt (in haar onschuld of doorziet ze alles?) het mysterie in de kaart en ze overtuigt haar dochter ervan, dat ze alles waar Onanias zo van nageniet, werkelijk heeft meegemaakt. De oude vrouwen gnuiven, want ze merken dat ritueel en betovering niet voor niets waren.
Hamelink had daar een goed verhaal van kunnen maken. Er zijn motieven in vervlochten die op eenzelfde grondtema te herleiden zijn: het verweer van het leven tegen de dood en de harde waarheid dat die laatste het uiteindelijk wint. Dat de warmbloedige, hartstochtelijke Seraphina van vroeger zonder meer de kist in zou gaan, is een onverdraaglijke gedachte, zelfs nu ze een tandeloze heks was geworden. Daarom gunt de Dood haar nog één bruidsnacht, nu daar de magische voorwaarden voor aanwezig zijn. Voor de oude vrouwen, die elke dag de dood op de hielen volgen, is dat ook een triomf, want zij vereenzelvigen zich met Seraphina. En het echte bruidspaar wordt een illusie aangepraat: Onanias gelooft dat die verrukkelijke vrouwe werkelijk Vergeetmijnietje was en die meent dat zij echt haar Onanias al dat plezier heeft gedaan.
Maar wat stelt dat meisje Duivebrood voor, met haar wat onbenullige naam? Vrede en voorspoed symboliseert ze. Ze lijkt bleekjes en kleurloos, maar ze zal goed voor Onanlas zorgen. Zal hij in de tevredenheid van het huwelijk met haar terugvinden wat hij met Seraphina heeft gehad: ongeremde, uitputtende verrukking, liefde als een natuurgebeuren? Seraphina is Vergeetmijnietjes tegenhangster, maar Onanias wordt weinig keus gelaten!
Een mysteriespel onthult geheime waarheden. Zonder de betovering was Onanias nooit te weten gekomen wat liefde kan zijn. Hij kan Seraphina het scherpste genot geven en zij ervaart dat ze daarin wankelt op de rand van het graf.
De inhoud van dit stemmenspel is