Ons Erfdeel. Jaargang 14
(1970-1971)– [tijdschrift] Ons Erfdeel– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 139]
| |
Nor-in-nor-uit met J. de Meyere en R. Belders.
werd uitgeoefend. Dergelijke opvoeringen acht ik zeer belangrijk, omdat ik van oordeel ben dat het teater, naast een ontspanningsfunktie, ook - en vooral misschien - een voorname artistieke, sociale en morele opdracht te vervullen heeft.
Door het N.T.G. werden in het afgelopen seizoen een paar stukken op het repertoire vermeld die bewijzen dat de direktie een welomschreven taak wil volbrengen. Ik hoop derhalve dat die lijn konsekwent doorgetrokken zal worden en dat het Gentse gezelschap niet zal afzakken naar het nastreven van goedkoop sukses met stukken waarvan men vooraf weet dat ze, kommercieel gezien, een meevaller zullen worden en dat ze geen schijnheilige huisjes aan het wankelen brengen. Nu hier en daar venijnige kritiek wordt uitgeoefend op het teater dat het publiek konfronteert met toestanden waarvoor men liever de ogen sluit, nu vooral de subsidies ontoereikend blijven, is het gevaar, dat men oplossingen zoekt in allerlei toegevingen, lang niet denkbeeldig. Teaterpolitiek is echter kultuurpolitiek en daarin passen geen overwegingen die gericht zijn op nivellering i.p.v. verheffing en verdieping.
Ook in Teater Arena, Vertikaal, Arca, de Minardschouwburg en het Centrum voor Teaterstudie (Brugge) zag ik produkties die de toeschouwers oog in oog plaatsten met een boeiende problematiek.
Dat dit alles werd uitgevoerd op een voortreffelijk artistiek peil stemt te meer tot vreugde.
Vooraf behandel ik het N.T.G. met Nor-in-nor-uit (Insideout) door Frank Norman, Dat verhaal van jou (This story of yours) door John Hopkins, Pro Patria door Eddy Asselbergs en Alles voor de tuin (Everything in the garden) door Edward Albee. Daarna volgen Arena met Als twee druppels water (Spitting image) door Colin Spencer, Vertikaal met De genezing van Arnold Middleton (The restoration of Arnold Middleton) door David Storey en De spiraal (anno 2014) door Mark Minnerose, Arca met Sprekenjulliedromenjullie (Der Ritt über den Bodensee) door Peter Handke, de Minardschouwburg met Dolle minas of snoezepoezen? door Romain Deconinck en ten slotte Centrum voor teaterstudie met De bruiloft (Die Hochzeit) door Bertolt Brecht... een heel gamma knappe opvoeringen.
Nor-in-nor-uit door Frank Norman is een aangrijpende schets van de allesbehalve menswaardige toestanden in een Engelse gevangenis. De auteur, die met kennis van zaken spreekt, toont ons hoe het in een strafinrichting verloopt... zonder zedepreken, zonder beschouwingen Meteen krijgt het publiek de gelegenheid zich rekenschap te geven van wat er zoal gebeurt en hoe onvolmaakt het huidig bestraffingsstelsel is. Een stuk dat aanspoort tot ernstige bezinning over het omvormen van het penitentiair systeem, over heropvoeding en humanisering, een werk dat overtuigend aantoont dat de tans reeds doorgevoerde moderniseringen beslist onvoldoende zijn en veelal vastgeklemd zitten in façadegedoe om het geweten te sussen van hen die weten dat er veel verkeerd loopt bij het sanktioneren van veroordeelden. Een ontroerend drama dat dwingt tot het zoeken naar alternatieven om de misdadigheid in te dijken.
Regisseur Jef Demedts heeft het stuk op een indrukwekkende manier gemonteerd in een geslaagd dekor van Etienne Hublau. De machtswellust en de brutaliteit kregen een huiveringwekkend reliëf. De troosteloze sfeer werd beklemmend weergegeven. De vertolking was, een paar uitzonderingen niet te na gesproken, heel geslaagd.
Dat verhaal van jou door John Hopkins moet men onder ogen durven zien als een verhaal dat werkelijk ook van jou zou kunnen zijn. Wie zich verschuilt achter het feit dat het alles te schril in de verf zit, dat zoiets slechts mogelijk is bij een door en door gefrustreerde politieambtenaar, dat de feiten te heftig op de toeschouwer worden afgevuurd... wie zo reageert op dit wrang en verschrikkelijk stuk bezondigt zich aan een struisvogelpolitiek die een grondige zelfkennis in de weg staat.
Het gegeven is gemakkelijk samen te vatten. Een brigadier van de recherche vermoordt een verdachte tijdens een langdurig verhoor. Men dient zich evenwel af te vragen waarom de politieman tot zo'n weerzinwekkende daad wordt gebracht. Men dient zich rekenschap
Dat verhaal van jou met J. Demedts en D. de Cock.
te geven van de struktuur van de maatschappij waarin zo'n misdaad kan gebeuren. Men dient door te denken over het wezen van de agressiviteit en de haat in onze wereld, over de impulsen die leiden tot onmenselijke handelingen. Men moet durven erkennen dat ‘l'enfer, c'est les autres’ ook voor ons geldt.
De regie van Marcel De Stoop leidde ertoe om zo'n houding bij het publiek aan te wakkeren en de vertolking door Jef Demedts, Daniël De Cock en Chris Boni was geloofwaardig en krachtig. Jammer dat zovelen naast de talrijke kwaliteiten van deze produktie hebben gekeken.
Eenzelfde houding - gelukkig in mindere mate - kon men vaststellen bij de opvoering van Eddy Asselbergs Pro Patria. In dit stuk maakt de auteur, tevens N.T.G.-akteur, het publiek deelgenoot van het vernederend optreden van een machtswellustig legerofficier. Wie bij dat spel van laffe onderdanigheid ter wille van het veroveren van een graad en het misbruik van de macht uit minderwaardigheidsgevoelens niet bereid is de vinger in maatschappelijke wonden te steken, behoort tot de kategorie mensen die zelfbedrog verkiezen boven zelfkennis. Wie bij dat werk geen overwegingen heeft gemaakt over de struktuur die machtswellust in de hand werkt - ook in ons eigen land (Asselbergs' stuk handelt over toestanden in het Belgisch leger) - zal nooit echt vooruitstrevend durven denken en handelen. Het werk is zeker niet vrij te pleiten van gebreken, maar | |
[pagina 140]
| |
Pro Patria met E. Asselbergs en C. van Gent.
Alles voor de tuin met S. Juchtmans en W. Kopers.
De genezing van Arnold Middleton met N. Versyp en M. Bundevoet.
Als twee druppels water met A. Van Malderen, H. Goossens en B. de Moor.
het ligt boven de middelmaat in onze Vlaamse toneelletterkunde en het werd goed geregisseerd door Hugo Van den Berghe en levensecht vertolkt, met Cyriel Van Gent en Eddy Asselbergs als uitblinkers.
Met Edward Albees Alles voor de tuin was het opnieuw oppassen geblazen. De intrige is verrassend en biedt, door het aandikken, de gelegenheid eens te meer te vluchten in halve waarheden en dwalingen die zovelen liever zijn dan de naakte, soms afschuwelijke waarheid. Ter wille van komfort, dure klederen en diners, een weelderig huis met een schitterende tuin lenen de echtgenoten van middle class-mannen zich tot elegante prostitutie. De mannen aanvaarden die toestand omdat ook zij willen zwemmen in de lukse van welvaartstaat en konsumptiemaatschappij. Wie niet wil inzien dat het er Edward Albee, die eigenlijk (met bronvermelding) het werk van Giles Cooper herschreef, om te doen was aan te tonen dat de moderne mens op alle vlakken verregaande toegevingen wil doen en zelfs bereid is tot moord om zijn geenszins eerbiedwaardig doel te bereiken, wie dat alles niet inziet is gewoon blind voor een boodschap die m.i. kristalhelder in dit stuk verwerkt werd. Het werd sober doch stijlvol gemonteerd door de Tsjechische regisseur Frantisek Stepanek en homogeen vertolkt door de N.T.G.-akteurs.
Na een niet-onaardige voorstelling van de interessante dokumentaire revue Het leven van Bertolt Brecht door Rik Hancké in een geestdriftige regie van Dirk Decleir - een veelzijdig beeld van de sociaal geëngageerde kunstenaar - bracht Teater Arena een eigenaardig werk dat zich afspeelt in een homofiel milieu, nl. Als twee druppels water, door Colin Spencer.
De bedoeling van de auteur is op een vaak burleske manier (twee homo's krijgen een kind) aan te tonen hoe vernietigend de gevestigde macht optreedt tegenover verschijnselen die niet benaderd kunnen worden met gangbare maar sterk verouderde maatstaven. Een origineel tema maar beslist geen groot stuk: de taferelen zijn niet terdege uitgewerkt, er wordt een beroep gedaan op verstandelijke reaktie, maar het publiek krijgt amper de tijd om zich in te stellen en bovendien blijft de toeschouwer niet alleen op dit vlak in de kou staan. Ook op het emotioneel terrein komt hij niet aan zijn trekken. Dré Poppe heeft het geheel echter, dank zij zijn subtiele feeling en zijn beproefd vakmanschap, genietbaar weten te maken. De vertolking was goed maar niet voorbeeldig.
De genezing van Arnold Middleton door de Engelse auteur David Storey toont ons eerst de instorting van een gevoelig man die aan de wreedheid, de spanningen, de haat en de liefdeloosheid ten ondergaat, vervolgens zijn losbreken uit zijn kwetsbaarheid en zijn ‘wonderlijke’ genezing. Een stuk dat niets uitlegt maar integendeel heel veel toont opdat de toeschouwer zelf het hoe en waarom van het zonderling raderwerk zou achterhalen. Toneel dat vooral waardevol is omdat het tot geestelijke zelfwerkzaamheid prikkelt. De Vertikaal-montering werd juist en zeer genuanceerd geregis- | |
[pagina 141]
| |
seerd door Jean-Pierre De Decker. De vertolking met de zo verdienstelijke Nolle Versyp in de hoofdrol was in alle opzichten keurig.
De Spiraal (anno 2014) van de Gentse schrijver Mark Minnerose werd bekroond in de door Teater Vertitaal uitgeschreven wedstrijd. Het is een striemende veroordeling van een diktatoriaal staatsapparaat dat de mens op de meest potsierlijke wijze wurgt en verplettert. Geschreven in een groteske stijl die zich enigszins beweegt tussen Kafka's meesterlijke oeuvre en Slawomir Mrozeks ridikuliserend toneel, maar nog niet rijp genoeg, niet voldragen. Het is alleszins te uitgesponnen en bevat daarenboven te veel taferelen die spankracht missen. Jacky Tummers stond in voor een nadrukkelijke wit-zwart-regie... goedbedoeld, ongetwijfeld, maar soms te hoekig en te irreëel. De toeschouwer kreeg de gelegenheid het gebeuren als te ongeloofwaardig van de hand te wijzen en dat was bepaald fout. Zelfs bij grotesk toneel dienen de wrange achtergrond en de bittere ondergrond zich sterk op te dringen.
De Spiraal met J. Tanghe en E. de Langhe.
Spreken jullie, dromen jullie met A. Keyman en A. Cogen.
De Bruiloft met G. Vermeersch en H. Van Roose.
Twintig jaar na Eugène lonesco heeft Peter Handke, specialist in het behandelen van de onmacht van onze kommunikatiemiddelen, andermaal de aandacht gevestigd op het wauwelen, het woordmisbruik, de zielloosheid van de konversatie, het onvermogen van de taal, het understatement, enz.
Zijn Sprekenjulliedromenjullie is een fijnzinnig, ofschoon voor velen al te verwarde en verwarrende weergave van wat er zoal bij het spreken om het hoekje komt gluren: een pittige bloemlezing van gemeenplaatsen, klichees, leuterpraat e.d. Dit buitenissig spel met een raadselachtige driedubbele bodem werd uitstekend geregisseerd door Jean-Pierre De Decker die gedurende het afgelopen seizoen heeft bewezen dat hij zowel in klassiek werk als in avant-gardistische monteringen zijn man kan staan. De vertolking van de Arcagroep was opvallend homogeen.
In de hem eigen leuke stijl, direkt en bevattelijk, is Romain Deconincks Dolle minas of snoezepoezen? een fijnzinnige aanval op buitensporige tijdsverschijnselen, een plezierige onthulling van arglistige vormen van gezagsmisbruik, een ontroerend pleidooi voor de rechten van het individu dat zo dikwijls onder de voet gelopen wordt door wilde wereldhervormers. Een weemoedige schets bovendien van de positie van de mens die in ons sociaal en moreel bestel aan handen en voeten gebonden wordt en zich niet eens meer losrukken kan of mag op het ogenblik dat hij zich bewust wordt van zijn verknechting. Deze produktie werd op uitnodiging van het N.T.G. ook vertoond in de Gentse K.N.S., een hoogdag voor de zo innemende en talentrijke Romain Deconinck die in dit sympatiek gebaar de erkenning zal gevonden hebben van zijn volkstoneel in het ‘grote, officiële teater’.
Het Brugs Centrum voor teaterstudie (Raaklijnzolder) heeft de toeschouwers vergast op een jeugdwerk van Bertolt Brecht: De Bruiloft, een ongenadig démasqué van petieterige schijndeftigheid, platvloers gedoe, belachelijk provincialisme en kleinburgerlijkheid, onnozelheid en schijnheiligheid. Een kostelijke tragikomedie: wrang en bijtend. Jaak Vissenaken bouwde een regie op die het publiek toeliet scherp op zijn eigen kleinzieligheid in een hypokriete en op uiterlijkheden beluste samenleving neer te blikken en zichzelf uit te lachen. Een voortreffelijke produktie waarin alles haarfijn werd uitgekiend. De interpretatie was van een ontwapenende echtheid en waarachtigheid.
Rik Lanckrock |
|