Jonge Poëzie
● (samenstelling Guido Logie)
‘Monnikewerk’ van Daniel Hugo
Al is deze poëzie-bladzijde bedoeld om jonge debutanten in de kijker te zetten, het leek ons een goed idee om een gevestigd Zuid-Afrikaans dichter voor het eerst in een algemeen-Nederlands tijdschrift aan het woord te laten. Te meer omdat in zijn voorlopig laatste bundel ‘Monnikewerk’ een aantal gedichten staat dat op Nederland betrekking heeft.
Daniel Hugo (o1955) is ‘spesialis omroeperregisseur’ bij Radiosondergrense in Kaapstad. De domineeszoon debuteerde in 1982 met de bundel ‘Korte Mette’. Volgend jaar verschijnt van hem bij Tafelberg de bundel ‘Skeurkalender’. Hugo behaalde een doctoraat aan de universiteit van Oranje Vrijstaat in 1989 met het proefschrift ‘Die digter en sy middele: 'n Onderzoek na die vernufpoësie in Afrikaans’. Hij vertaalde gedichten van Herman de Coninck en Jean Pierre Rawie in het Afrikaans, alsook de roman ‘Kartonnen dozen’ van Tom Lanoye.
Waarskuwing
hy wat die liefde bedryf as 'n spel
sal vir Madonna ontmoet in die hel
maar diegene wat moreel is en wys
sal met Calvyn klets in die paradys
Aan die Brouwersgracht
julle wat deur Amsterdam swalk
kyk op: aan elke huis hang 'n galgbalk
reënwolke pak saam bo die gragte
gewigtig soos 'n grys gedagte
die geboue, die bome, die strate
sink sienderoë in die water
ek sit en drink by die café ‘De Sluys’
en voel vreemd genoeg droewig tuis
(‘Monnikewerk’ van Daniel Hugo is te verkrijgen bij Poketino, Hallenstraat 3, 1000 Brussel)