Neerlandia. Jaargang 101
(1997)– [tijdschrift] Neerlandia– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 26]
| |
Geschiedenis
Aan de oude Steinweg nr.-6-7 in de belangrijke Hanzestad Münster in Westfalen staat het ‘Krameramtshaus’ uit het jaar 1588. Hier zetelde de koopmansgilde in de Hanzetijden.
De 8 Nederlandse gezanten die aan het vredescongres deelnamen en met de Spaanse delegatie onderhandelen, woonden tijdens hun verblijf in deze stad vanaf 1645-1648 in het ‘Krameramtshaus’. Zo speelde het gildehuis ook bij de Vrede van Münster een belangrijke rol. Tegenwoordig wordt het gebouw ‘Haus der Niederlande’ genoemd en het herbergt de grootste bibliotheek met boeken over de Nederlanden buiten het Nederlandse taalgebied. | |
[pagina 27]
| |
Het Hanzeverbond De Hanze in de Middeleeuwen
| |
LübeckIn 1226 slaagde de stad Lübeck erin het Deense juk af te werpen en stond sindsdien open voor de Hanzebond. Vanaf 1358 stuurden de steden die lid waren van de Hanze hun afgevaardigden naar de vergaderingen in Lübeck. Zij noemden zich ‘die steden van de dudischen hense’Ga naar eind(4). Lübeck nam toen de leidinggevende rol van Visby over.
Het aantal steden dat in de Lübeckse tijd lid was van het Verbond, wisselde nogal eens, maar tijdens de bloeiperiode in de veertiende en vijftiende eeuw waren het er meer dan 160. Een reeks daarvan bracht zogenaamde ‘bijsteden’ mee. Zo had Osnabrück zes en Münster zelfs tien van zulke bijsteden, ‘zugewandte Orte - toegekeerde plaatsen’ genoemd. Terwijl Münster en Osnabrück dus het volledige lidmaatschap hadden en hun afgevaardigden naar de Hanzedagen in Lübeck stuurden, waren de bijsteden daar over het algemeen niet vertegenwoordigd. Hun kooplieden stonden echter ook onder de bescherming van de Hanze; ook zij konden gebruik maken van de handelsprivileges.
De bijsteden hielpen de Hanzeatenbelasting betalen. Zo betaalde bijvoorbeeld de Nederlandse stad Oldenzaal als bijstad van Deventer in 1549, 30 goudgulden belastingGa naar eind(6). | |
[pagina 28]
| |
Op de vergaderingen in Lübeck namen de afgezanten de noodzakelijke besluiten. Daarbij speelde uiteraard de gezamenlijke begroting een belangrijke rol. Het parlementaire stelsel van de Hanze was ook het orgaan voor de rechterlijke uitspraken. De rechtsvindingen van de Hanze werden ‘recessen’ genoemd. Een zeer gewichtige straf die de vergadering in Lübeck kon opleggen was de
‘verhanzing’. Dat was de verwijdering uit het verbond en daarmee de ontzegging van handelsprivileges en bescherming. | |
Het HanzegebiedBehalve de stad Brugge als Vlaamse stapelplaats van de Hanze en de stad Antwerpen die al in 1315 haar betrekkingen met het Hanzeverbond aanknoopte, waren de Vlaamse steden minder betrokken bij de Hanze. In het noorden van het Nederlandse taalgebied vond men een lange reeks van Hanzesteden. Zo waren Arnhem, Deventer, Doesburg, Elburg, Groningen, Harderwijk, Hattem, Kampen, Nijmegen, Roermond, Sluis, Stavoren, Tiel, Venlo, Zutphen en Zwolle leden van de Hanze en waren er de bijsteden Oldenzaal, Almelo, Enschede en Ommen.
Van het verbond maakten dus steden deel uit, gelegen in het Nederlandse, Duitse, Zweedse, Noorse, Engelse, Poolse, Russische, Witrussische, Estische, Lettische en Litouwse taalgebied. Het was dus daadwerkelijk een Europees verbond, hoewel de ruim 130 Duitse Hanzesteden het zwaartepunt vormden.
De veertiende, vijftiende en zestiende eeuw mag als de bloeiperiode worden beschouwd. De laaste vergadering in Lübeck vond in 1669 plaats. Die datum mag ook worden genoemd als het einde van de middeleeuwse Hanze. De Hanzesteden in de noordelijke Nederlanden hadden het verbond al eerder verlaten. Na de Vrede van Münster in 1648, die de Tachtigjarige Oorlog beëindigde en die Nederland de vrijheid en onafhankelijkheid bracht, verlieten de Nederlandse Hanzesteden het verbond. | |
De Hanze heden ten dageToen Zwolle - de hoofdstad van de provincie Overijssel - in 1980 haar 750-jarig stadsjubileum vierde, maakte een dagvaart deel uit van het historische programma. Zwolle nodigde de voormalige Hanzesteden uit om aan de herdenking deel te nemen. De vergadering van de Hanzesteden in Zwolle was voornamelijk bedoeld als ‘folkloristische aardigheid’Ga naar eind(7).
Het initiatief viel in goede aarde. De herdenking van de Hanzeatische traditie leidde tot de oprichting van een nieuwe vereniging met de burgemeester van Lübeck als voorzitter en had tot doel oude contacten tussen de voormalige leden van de Hanze weer aan te knopen.
Op de eerste vergadering van het nieuwe verbond volgden meer bijeenkomsten in andere Hanzesteden en het aantal delegaties groeide van veertig in Zwolle naar 140 in de Noorse stad Bergen, die in 1996 aan de beurt was en waar gasten uit twaalf | |
[pagina 29]
| |
Europese landen bijeenkwamen. Tot het jaar 2000 zijn de Hanzedagen al vastgelegd. In 1997 zullen Gdansk in Polen en in 1998 Visby in Zweden volgen. Daarna zijn de Nederlandse steden weer aan de beurt: Oldenzaal in 1999 en Zwolle in 2000 voor de tweede keer.
De huidige bijeenkomsten van de Hanzesteden betekenen meer dan alleen een heropleving van oude tradities, want het gaat dit keer niet om de handel of om het weer aanwakkeren van de voormalige handelsbetrekkingen. Zij zijn in de eerste plaats een culturele gebeurtenis. Vele Europeanen die in hun eigen stad belangrijke functies bekleden, ontmoeten elkaar en kunnen van gedachten wisselen, advies vragen en uitbrengen. De onderwerpen worden voor het merendeel door de gastvrouwen en -heren gekozen. Zij hebben daarbij de mogelijkheid hun stad te tonen aan het publiek uit het buitenland en achtergrondinformaties over hun regio en taalgebied - over het land en bewoners dus - te verschaffen.
Ofschoon die bijeenkomsten geen politieke status hebben, leiden de discussies vaak tot gemeenschappelijke inspanningen zoals de strijd tegen de vervuiling van de Oostzee of de bescherming van de trekvogels.
De nieuwe Hanze heeft behalve het culturele zwaartepunt ook een economisch aspect. Zo laten bijvoorbeeld de zes steden langs de IJssel, Deventer, Doesburg, Hattem, Kampen, Zwolle en Zutphem, hun koopmanshistorie herleven onder het motto ‘Levend erfgoed van een rijk verleden’. Zij willen daarmee het toerisme gezamenlijk bevorderen door het aanbieden van wandelingen in de historische binnensteden waarbij het Hanzetijdperk centraal staatGa naar eind(8).
In tegenstelling tot de doeleinden van de Hanze oude stijl en ook in tegenstelling tot de doelen van de Europese Unie (EU), die voortgekomen is uit de Europese Economische Gemeenschap (EEG), zijn de activiteiten van de Hanze heden ten dage beter te vergelijken met de vele jumelages tussen Europese steden, die een bijdrage moeten leveren tot een beter wederzijds begrip.
Vele Hanzesteden hebben nu al contacten opgenomen met de voorbereidingscommissie in Oldenzaal en het is geen onredelijke schatting, dat er uiteindelijk delegaties, groepen en particulieren uit ruim 200 steden aan de Hanzedagen in 1999 zullen deelnemen; een unieke kans om - over de grenzen heen - contacten te leggen.
Het is aan Zwolle te danken, dat de Hanze in onze dagen opnieuw tot bloei komt. En dat in het Nederlandse taalgebied de burgers van de aangesloten steden voor de voortzetting daarvan zorg dragen. voetnoot: |
|