Rehabilitatie
Het boekje ‘De gezonken goudvis: Felix Timmermans en de moderne tijd’ van Frans Verleyen kan rustig als een soort van rehabilitatie van de Lierse auteur beschouwd worden. Frans Verleyen - zoon van de jeugdauteur Cyriel die zeer nauw bij de werking van het Timmermans-Genootschap betrokken was - is ook niet te beroerd om toe te geven dat hij vele jaren Timmermans links liet liggen als een oubollig heimatschrijver. Een vorm van vadermoord, vermoedt hij. Maar toevallig begon hij onlangs Timmermans te herlezen en kwam tot totaal andere inzichten. Al te lang werd de Fé als een brave folkloristische auteur, de exponent van het conservatieve, oer-katholieke Vlaanderen beschouwd.
Ik volg Verleyen als hij beweert dat Timmermans een belangrijker schrijver was dan men bij een oppervlakkige lectuur van zijn werk vermoedt. Hem als een auteur beschouwen die alleen maar op een barokke manier een karikaturaal beeld van Vlaanderen neerzette, is hem onrecht aandoen. Maar Verleyen overdrijft nu wat in de andere richting. Wat anders te denken van een zin als: ‘Zou er in de wereldliteratuur iemand anders bestaan hebben die met de eenvoudigst mogelijke woorden, herkenbaar voor zowel de volksmens als de professor, een zo direct contact weet te leggen tussen lezen, zien en voelen?’ De vergelijking die Verleyen maakt tussen Claus en Timmermans is boeiend, maar betwistbaar. Hij beweert dat Timmermans ook al deed wat Claus nu in een aantal werken doet, namelijk ‘het volks-Vlaamse idioom omzetten in een voor de algemeen Nederlandse lezer begrijpelijke en bruikbare taal’. Alleen was die taal voor Timmermans gewoon de manier waarop hij altijd schreef, terwijl Claus die taal in enkele boeken als procédé hanteerde.
Verleyens suggestie aan de Vlaamse minister van cultuur om op zijn begroting wat geld uit te trekken om enkele recente winnaars van de Nobelprijs literatuur Timmermans' oeuvre te laten lezen en er vervolgens een vergelijkend essay over te schrijven, klinkt bijzonder aantrekkelijk. Er zouden ongetwijfeld boeiende en verrassende dingen te voorschijn komen. En mocht de portemonnee van de cultuurminister leeg zijn, dan kan het Timmermans-genootschap misschien alsnog werk maken van Verleyens idee.