Gedurfd
Eén van de verrassendste zalen is die waar de meest uiteenlopende kunstenaars bij elkaar hangen, allen met werk dat ze rond de eeuwwisseling maakten. Het toont aan hoe in die jaren gezocht werd naar nieuwe wegen. Een abstract werk van Jules Schmalzigaug, een pastel van Fernand Khnopff, twee totaal uiteenlopende werken van Jacob Smits, een beeld van Minne, een vroeg werk van Mondriaan: het zijn stuk voor stuk pareltjes.
In de tentoonstelling worden gedurfde maar geslaagde verbanden gelegd, zoals in de zaal waar een schilderij van Brueghel het expressionisme aankondigt van Frits Van den Berghe, Gust De Smet, Gustave van de Woestijne en Permeke, maar ook de abstractie van Servranckx en Bart van der Lek.
Er is gezocht naar contrasten en onverwachte combinaties van kunstwerken die waarschijnlijk nog nooit samen zijn voorgesteld. De tegenstellingen zijn echter nooit storend, maar vaak juist poëtisch en doordacht. Het maakt dat geen kunstwerk opgaat in een groep van aanverwante werken; elk schilderij, elk kunstwerk staat op zichzelf.
In één zaal wordt het werk van Magritte gecombineerd met Paul Delvaux, maar ook met een meesterwerk van Vic Gentils. De geometrisch geconstrueerde doeken van Jean Brusselmans worden geconfronteerd met een monumentaal, realistisch portret van drie ‘Vrouwen’ door Charley Toorop.
Mondriaan is op de tentoonstelling rijk vertegenwoordigd, en met hem de hele Stijl-beweging, inclusief Theo van Doesburg en Gerrit Rietveld.
In de zaal met Cobra zijn schilderijen van Karel Appel, Constant, Alechinsky en Corneille te zien, evenals de kalligrafische partituren van Christian Dotremont.
Van de zaal met uitsluitend hedendaagse kunst werd veel werk gemaakt: schilderijen van Rob Birza, Marlene Dumas, René Daniëls, Luc Tuymans, Marien Schouten en Raoul De Keyser, een sculptuur van Carel Visser en een fotoprint van Jan Vercruysse.
De tentoonstelling wordt op een sprankelende wijze afgesloten met een rode papaverballon van Panamarenko, geconfronteerd met perspectiefwerk van Jan Dibbets, de zachte abstractie van Edgar Fernhout en een 17e-eeuwse kerktekening van Pieter Saenredam. Als orgelpunt ten slotte, twee hoog in de centrale hal, een ‘Imker’ van Jan