dacht aan de
colleges Nederlandkunde.
Deze overzichten zullen het materiaal vormen voor een verdere bezinning en
bespreking en kunnen bijdragen tot een betere coordinatie van de
onderwijsactiviteiten der verschillende instituten.
Naar aanleiding van het onderwerp Nederlandkunde werd ook gediscussieerd over
de hulpmiddelen die ter beschikking staan en hoe betere middelen kunnen
worden verkregen. Meer speciaal werd nog aandacht besteed aan het
samenstellen van dia-collecties.
Er bleek behoefte te bestaan aan een nieuwe inventaris van de bestaande
taalmethodes.
Collega Thys meldde enkele nieuwe successen bij de invoering van het
Nederlands in het middelbaar onderwijs. Gebleken is dat de houding van de
Recteur d'Académie van doorslaande betekenis kan zijn.
Van de aanwezigheid van collega Van Zoest, Algemeen Leider van de Zomercursus
te Breukelen, werd een dankbaar gebruik gemaakt om nogmaals de verschillende
problemen te bespreken die zich ook heden nog voordoen bij het zenden van
Franse studenten naar de verschillende zomercursussen.
Alle aanwezige docenten blijven van mening dat deze zomercursussen een
absoluut onmisbaar complement van het extra-murale onderwijs zijn en een
grote stimulans voor de studenten die zich op het Nederlands toeleggen. Zij
vragen dan ook aan de bevoegde autoriteiten in België en Nederland om het
bestaande beurzenbeleid ten aanzien van de zomercursussen onverkort te
handhaven en uit te zien naar mogelijkheden tot uitbreiding van dit systeem.
De Franse sectie nodigt de plenaire vergadering uit zich in deze zin uit te
spreken.