De Gids. Jaargang 149(1986)– [tijdschrift] Gids, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 371] [p. 371] J.H. van Dijk Twee gedichten Brief uit de sind club hier in karachi met de beer zonder bellen en rinkels de ongelikte op de drempel met de wind die hoest en rochelt tegen de deuren met zijn stank van dode en gezwollen honden zitten de kraaien in karkassen aanmatigend op het dak ratten vluchtig op zachte voeten rimpelen door de goten op zoek naar ieders nageslacht zonder aalmoes ligt in warme hopen bijna iedereen melaats op straat de vijfde lofzang 's avonds wekt in sloppen de slaap in flarden af en het dagelijks stof strotvol vult gretig en bedachtzaam de wonden tussen de maden met vliegen op zo valt langzaam en vredig telkens de nacht en telt er bedachtzaam de tel van mijn tredgang [pagina 372] [p. 372] Soms in koele woede staat de wind in wikkels achter het raam en lispelt sluw in reten en in scheuren fluisterend tussen struiken en heesters doorzoekt hij de tuin maar eenmaal over de muur raaskalt hij een vader van zwangere dochteren over de vlakte bespringt een alleenstaande furie en krijst en gilt tot hij heel heet zijn stof loslaat achter de bossen en leeg als een varkensblaas in november uitvlaagt over de vijver van een veeg gesticht daar diepgelukkig neerligt in de rimpels van het even vege tegenlicht om straks weer ergens anders in koelen bloede in te gaan Vorige Volgende