[Het uit de Verlichting stammend ideaal...]
Het uit de Verlichting stammend ideaal van de scheiding der machten verdient in een tijdvak van groeiende staatsinvloed op vrijwel alle terreinen van de samenleving, beter in de praktijk te worden gebracht. De meest ‘gescheiden’ macht van de drie is thans de rechterlijke, al wordt deze in toenemende mate gedwongen tot beslissingen die in feite op het terrein van de wetgevende macht liggen; de wetgever is immers vaak te traag, te opportunistisch of te onzeker bij allerlei problemen van groot sociaal en individueel belang (bijvoorbeeld de mensenrechten, euthanasie, abortus, krakerssituatie, stakingsrecht, enz.). Riskanter dan de op zichzelf ongewenste regelgeving door de rechterlijke macht is de groeiende vermenging van de belangen van de uitvoerende macht met de wetgevende functie. De uitvoerende macht, als toonaangevend ‘bedrijf’ en grootfinancier op de gebieden van cultuur, onderwijs, gezondheidszorg, omroep, energie, woningvoorziening, telecommunicatie en vele andere terreinen, veroorzaakt een sterke beïnvloeding van de nieuwe regelgeving, in verband met het toenemende eigenbelang van de staat. De wetgevende macht heeft de neiging om de uitvoerende macht (als ‘producent’ en ‘consument’ op al die terreinen) te bevoordelen. Het wordt steeds urgenter om een werkelijke fysieke scheiding te gaan nastreven tussen wetgevende en uitvoerende macht. (LvK) |
|